Verweerder stelt zich in beroep alsnog op het standpunt dat het bezwaar niet-ontvankelijk had moeten worden verklaard vanwege termijnoverschrijding. De rechtbank is van oordeel dat uit de jurisprudentie van de CRvB en ARvS volgt dat de rechtszekerheid eraan in de weg staat dat de rechter op initiatief van het bestuursorgaan de tijdigheid van het bezwaar beoordeelt. Hoewel de Hoge Raad zich op d…
Meer informatie: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBNNE:2022:959&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie