Ook al ontbreekt de meting van de fijnstofuitstoot van een dieselauto, dan kan toch de fijnstoftoeslag in de MRB verschuldigd zijn.
Een vrouw was vanaf 24 november 2004 houder van een dieselauto van het merk Volkswagen, type Golf. De datum van de eerste toelating van de auto was 5 februari 1990. Voor de auto was in het kentekenregister geen fijnstofuitstoot vastgelegd. In mei 2019 en 2020 gaf de APK-keurmeester APK-keuringsbewijzen af. Daarbij keurde hij de auto is goed tot 18 mei 2020 respectievelijk 18 mei 2022. Deze keuringsbewijzen bevatten echter geen gegevens over de fijnstofuitstoot. In mei 2019 en 2020 vonden roetwaardemetingen plaats. Daaruit bleken roetwaarden van 2.33 (2019) en 1.7 (2020). De Dienst Wegverkeer (RDW) liet de vrouw weten dat zij te maken zou krijgen met de fijnstoftoeslag in de MRB. De reden was dat geen waarde was geregistreerd bij de uitstoot deeltjes van haar auto. De vrouw betwistte dat de fijnstoftoeslag van toepassing was. Uiteindelijk kwam de zaak voor Hof Den Haag.
Niet bewezen dat auto minder vervuilend is
Het hof constateert dat volgens de wet de fijnstoftoeslag is verschuldigd. De datum van de eerste toelating van de auto ligt immers vóór 1 september 2009. Daarnaast is de fijnstofuitstoot niet vermeld in het kentekenregister. In zo’n situatie kan de vrouw alleen onder de fijnstoftoeslag uitkomen als zij bewijs levert dat de auto minder vervuilend is dan de norm van maximaal 5 milligram fijnstof per kilometer. Het hof leidt uit de duidelijke wettekst af dat de wetgever echt deze norm heeft bedoeld, en niet de uitkomst van de roettest die men voor de APK uitvoert. Bovendien bestaat fijnstof niet uitsluitend uit roet, waardoor de roettest evenmin uitsluitsel kan geven. Het hof verwerpt vervolgens de stelling van de vrouw dat hier sprake is van leeftijdsdiscriminatie en bevestigt dat de vrouw de fijnstoftoeslag moet betalen.
Geef een reactie