In geschil is of belanghebbende bij uittreding uit een maatschap (vrijgestelde) kwijtscheldingswinst of een (belaste) goodwillvergoeding heeft genoten. Het hof is van oordeel dat geen sprake is geweest van het prijsgeven van niet voor verwezenlijking vatbare rechten en verklaart het hoger beroep ongegrond.
Meer informatie: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2022:1683&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie