In 2024 wordt het lage Vpb-tarief geëvalueerd. Afhankelijk van de uitkomst van die evaluatie of signalen uit de praktijk kijkt het kabinet of er aanleiding is of en zo ja welke aanpassingen dan nog nodig zouden zijn. Staatssecretaris Van Rij reageert op een motie over het (fiscaal) opsplitsen van bedrijven vanwege het lage Vpb-tarief.
De motie verzoekt het kabinet te monitoren op welke wijze en schaal gebruik wordt gemaakt van kunstmatige structuren waardoor op oneigenlijke wijze het lage tarief in de Vpb wordt benut. Ook verzoeken zij als hiertoe aanleiding is, te komen met voorstellen om het oneigenlijk gebruik aan te
pakken.
Trends in concernstructuren
Op basis van de beschikbare data over de Vpb over de jaren 2012 tot en met 2021 is onderzocht wat de trends zijn in concernstructuren van bedrijven. Er is een duidelijke trend zichtbaar waarbij elk jaar meer zelfstandige aangiften Vpb worden gedaan en het gebruik van de fiscale eenheid Vpb afneemt. Die toename in zelfstandige Vpb-aangiften komt niet alleen door het oprichten van nieuwe bedrijven, maar ook door bestaande bedrijven die hun activiteiten steeds meer spreiden over meerdere lichamen en de toename in het aantal ontvoegingen bij structureel winstgevende fiscale eenheden in 2020 en 2021.
Er is ook een dalende trend in voegingen in de fiscale eenheid. Er is echter geen duidelijke daling in voegingen in winstgevende fiscale eenheden in 2020 en 2021 te zien. Deze trends wijzen erop dat concerns steeds vaker nieuwe vennootschappen oprichten. Daardoor maken zij ook meermaals gebruik van het lage Vpb-tarief.
Het is echter niet met zekerheid aan te geven of het lage Vpb-tarief de oorzaak is van deze trend, of dat bedrijven om andere redenen vaker met zelfstandig belastingplichtige lichamen werken.
Wijzigingen in Vpb-tarief en schijfgrens
Voor de toekomst is relevant dat het kabinet in de voorjaarsnota 2022 heeft aangegeven dat de schijfgrens in de Vpb wordt verlaagd van € 395.000 naar € 200.000 vanaf 2023. Hierdoor zijn bedrijven vanaf 2023 dus eerder het hoge Vpb-tarief verschuldigd dan dit jaar. Daarnaast heeft het kabinet in het kader van de augustusbesluitvorming besloten om met ingang van 2023 het lage Vpb-tarief van 15% te verhogen naar 19%. De combinatie van deze factoren – het fors verlagen van het tariefverschil in de Vpb respectievelijk de schijfgrens in de Vpb van € 395.000 naar € 200.000 – maakt het fiscaal minder aantrekkelijk voor bedrijven om op kunstmatige wijze (ondernemings)activiteiten te verdelen over meerdere (Vpb-plichtige) lichamen.
Evaluatie in 2024
Ook wordt het minder aantrekkelijk om een fiscale eenheid voor de Vpb te verbreken uitsluitend om gebruik te kunnen maken van het lage Vpb-tarief. Het voordeel van het lage Vpb-tarief daalt hierdoor namelijk van maximaal € 42.660 in 2022 naar maximaal € 13.600 vanaf 2023. In 2024 wordt het lage Vpb-tarief geëvalueerd. Afhankelijk van de uitkomst van die evaluatie of signalen uit de praktijk kijkt het kabinet of er aanleiding is of en zo ja welke aanpassingen dan nog nodig zouden zijn.
PE-Pitstop fiscale aspecten juridische splitsing
Weet u welke mogelijkheden de (juridische) splitsing biedt om fiscaal gefaciliteerd te reorganiseren? De juridische splitsing is een reorganisatiefaciliteit die bijzonder flexibel is in de toepassing en toch relatief onbekend is. In deze cursus komen de civiel- en fiscaalrechtelijke aspecten van splitsingen en afsplitsingen uitgebreid aan bod en wordt diepgaand stilgestaan bij de mogelijkheden die deze faciliteiten bieden.
Geef een reactie