Volgens een artikel in Follow the Money zou een Ierse vleesgigant voor miljoenen aan belasting ontwijken via Nederland. Staatssecretaris Van Rij beantwoordt Kamervragen en verwijst naar de Wet tegengaan mismatches bij toepassing zakelijkheidsbeginsel.
De Wet tegengaan mismatches bij toepassing zakelijkheidsbeginsel is per 1 januari 2022 in werking getreden. De maatregelen in de vennootschapsbelasting die volgen uit deze wet bewerkstelligen dat bij de belastingplichtige voor de vennootschapsbelasting een neerwaartse aanpassing van de winst op grond van het zakelijkheidsbeginsel wordt beperkt voor zover bij het andere lichaam dat bij de transactie betrokken is geen of een te lage corresponderende opwaartse aanpassing in de belastinggrondslag wordt betrokken. Deze maatregelen raken structuren met zogenoemde informele kapitaalstortingen en verkapte winstuitdelingen, en zijn daarnaast ook van toepassing op bestaande onderlinge rechtsverhoudingen tussen een vennootschapsbelastingplichtige en een gelieerd lichaam. Voor dergelijke structuren in de kostensfeer geldt geen overgangsrecht.
Onmiddellijke werking
Binnen een groep bestaande onderlinge rechtsverhoudingen, waaronder leningen, die zijn aangegaan voordat de Wet tegengaan mismatches bij toepassing zakelijkheidsbeginsel van toepassing is geworden, worden als gevolg van de onmiddellijke werking van deze wet geraakt. De onmiddellijke werking voorkomt dat belastingplichtigen nog gebruik kunnen maken van een verschillende toepassing van het zakelijkheidsbeginsel en voorkomt dat als gevolg daarvan een situatie van dubbele niet-heffing zou kunnen blijven bestaan. Voor bedrijfsmiddelen die zijn verkregen in boekjaren die aanvangen op of na 1 juli 2019 kent de vennootschapsbelasting een afschrijvingsbeperking die volgt uit de Wet tegengaan mismatches bij toepassing zakelijkheidsbeginsel. Deze datum sluit aan bij de ingangsdatum van de nieuwe rulingpraktijk waarbij niet langer zekerheid vooraf wordt gegeven op structuren waartegen genoemde wet zich richt.
Bedrijfsmiddelen verkregen voor 1 juli 2019
Voor de afschrijving op bedrijfsmiddelen die zijn verkregen vóór 1 juli 2019 ligt dit echter anders. De afschrijvingen op dergelijke bedrijfsmiddelen – waarbij de met de afschrijvingen corresponderende overdrachtswaarde bij het andere lichaam dat bij de transactie is betrokken destijds niet in de belastinggrondslag was betrokken – kunnen nog wel in aanmerking worden genomen bij het bepalen van de winst. Op individuele gevallen kan de staatssecretaris niet ingaan.
Pijler 2-maatregelen
Van Rij verwijst ook naar het conceptwetsvoorstel tot implementatie van de zogenoemde Pijler 2-maatregelen die waarborgen dat multinationals altijd ten minste een minimumniveau aan winstbelasting betalen dat nog deze maand voor internetconsultatie worden aangeboden. Het is de verwachting dat het definitieve wetsvoorstel in het voorjaar van 2023 aan de Kamer wordt aangeboden. In de eerste plaats beoogt het wetsvoorstel de prikkel voor bedrijven om winsten te verschuiven naar laagbelastende staten te verminderen. Daarnaast beoogt het wetsvoorstel een ondergrens te stellen aan belastingconcurrentie tussen staten.
Geef een reactie