Dankzij een goedkeurend besluit zal het verlaagde tarief in de overdrachtsbelasting ook gelden als de verkrijging van de economische eigendom van een eigen woning voorafgaat aan de verkrijging van de juridische eigendom.
Het komt in de praktijk voor dat iemand een woning koopt en daarover al de beschikking krijgt, terwijl de levering bij de notaris nog niet heeft plaatsgevonden. In dat geval moet de koper overdrachtsbelasting betalen vanwege de verkrijging van de economische eigendom van de woning. Daarbij is het normale tarief van 10,4% (2023) van toepassing. Bij de verkrijging van de juridische eigendom is dan het verlaagde tarief van 2% voor eigen woningen of de startersvrijstelling van toepassing. De fiscus onderkent dit probleem. De wetgever zal daarom begin 2023 een goedkeurend beleidsbesluit publiceren. Op grond van dit besluit kan de inspecteur met toepassing van de hardheidsclausule bij verkrijging van de economische eigendom het gebruik van het verlaagde tarief of de startersvrijstelling toch toestaan.
Verzoek om toepassing verlaagd tarief/ startersvrijstelling
De Belastingdienst laat weten dat kopers van woningen, die zich bevinden in de situatie zoals eerder omschreven, nu al een verzoek kunnen indienen om toch het verlaagde tarief of de startersvrijstelling toe te passen. Dat geldt ook voor de gevallen die al hebben plaatsgevonden. De inspecteur zal het verzoek beoordelen aan de hand van de feiten en omstandigheden van dat concrete geval. Een verzoek om toepassing van de hardheidsclausule is in te dienen bij:
Ministerie van Financiën
Belastingdienst/Corporate Dienst Vaktechniek/team Brieven en Beleidsbesluiten
Postbus 20201
2500 EE Den Haag
Wet: art. 63 AWR en art. 2, tweede lid, 14 en 15, eerste lid, onderdeel p WBRV
Geef een reactie