Staatssecretaris Van Rij en staatssecretaris De Vries geven antwoord op vragen over de Herijking van de Invorderingswet 1990.
Bij de herijking van de IW 1990 is gekeken of bepalingen van de wet voldoende ruimte laten om aan te sluiten bij de omstandigheden van mensen. Geconstateerd is dat de IW 1990 over het algemeen die ruimte voldoende biedt. Bij deze herijking is uitsluitend gekeken naar de wet. Er is niet onderzocht of en hoe deze ruimte door de uitvoeringsorganisaties wordt benut. De Belastingdienst heeft invulling gegeven aan deze wettelijke ruimte in beleidsregels (de Leidraad Invordering 2008). In de praktijk wordt overeenkomstig deze beleidsregels gehandeld. In veel van de beleidsregels wordt, en werd ook al vóór de POK, rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van mensen. Het is ondoenlijk om voor ieder individueel geval aan te geven of en op welke wijze rekening is gehouden met persoonlijke omstandigheden. Na 15 januari 2021 is de LI 2008 gewijzigd waardoor de wettelijke ruimte om aan te sluiten bij de omstandigheden van mensen, op onderdelen nog meer wordt benut.
Willekeur
Hoewel er zelden sprake is van identieke gevallen, is het risico op willekeur niet volledig uit te sluiten. Wel wordt dit risico op verschillende manieren beperkt. Zo wordt de mogelijkheid om rekening te houden met persoonlijke omstandigheden beperkt door wet- en regelgeving; alleen als er op grond van de wet expliciet een discretionaire bevoegdheid aan de Belastingdienst en Toeslagen is verleend, is er ruimte voor maatwerk. Ook is het benutten van een dergelijke discretionaire bevoegdheid op grond van interne instructies voorbehouden aan medewerkers van een bepaald functieniveau en met voldoende expertise. Ten slotte dient de rechtsbescherming als vangnet.
Bundelen betalingsregelingen
Het onderzoek naar de wijze waarop de betalingsregelingen gebundeld kunnen worden is onderdeel geworden van de bredere herijking van de invorderingsstrategie. Het doel van een gebundelde betalingsregeling moet in eerste instantie gericht zijn op gemak en duidelijkheid voor de burger, die met één betalingsregeling zijn belasting- en toeslagschulden kan aflossen. Het bundelen van de betalingsregelingen van Toeslagen en de Belastingdienst tot één gezamenlijke betalingsregeling is echter niet eenvoudig, omdat de bestaande regelingen op wezenlijke punten verschillen. Dit neemt tijd in beslag, te meer omdat het ook tot een uitvoerbaar proces moet leiden.
Wet Stroomlijnen
Met de Wet Stroomlijnen wordt de rechtsbescherming bij de invordering van belastingschulden verbeterd en gemoderniseerd door na bezwaar de fiscale rechter, waarmee de bestuursrechter bij de rechtbank (in eerste aanleg), het gerechtshof (in hoger beroep) en de Hoge Raad (in cassatie) worden bedoeld, bevoegd te maken ten aanzien van geschillen over uitstel en kwijtschelding van belastingschulden. In 2021 is in het rapport ‘Burgers beter beschermd’ aandacht gevraagd voor het openstellen van de fiscale rechtsgang bij uitstel en kwijtschelding. Er loopt op dit moment een onderzoek naar de inwerkingtreding van dit onderdeel van de Wet Stroomlijnen.
Geef een reactie