Een standpunt van de Kennisgroep BPM maakt een ambtshalve teruggaaf mogelijk bij een te late inschrijving in het kentekenregister van een andere EU-lidstaat.
Een man verkoopt zijn auto aan een Poolse handelaar en vraagt om een bpm-teruggaaf in verband met de export naar een andere EU-lidstaat. De inspecteur weigert de teruggaaf omdat de auto niet binnen 13 weken is ingeschreven in het Poolse kentekenregister. Bij het verzoek om teruggaaf moet namelijk een bewijs van inschrijving worden gevoegd. Het verzoek is tijdig ingediend en de te late inschrijving is aan de Poolse handelaar te wijten. De man gaat in beroep tegen de afwijzing van de bpm-teruggaaf. Hij stelt al vanaf het begin dat de inspecteur niet alle relevante stukken heeft ingediend.
Begunstigend beleid
Rechtbank Gelderland heeft bij een tussenuitspraak al vastgesteld dat er volgens de wetsgeschiedenis een ambtshalve teruggaaf mogelijk is. De inspecteur ontkende dat er sprake was van begunstigend beleid. Uit een recent verzoek op grond van de Wet open overheid (Woo) blijkt echter dat de Kennisgroep BPM wel degelijk een ambtshalve teruggaaf mogelijk acht. De inspecteur kan niet verklaren waarom dit Kennisgroepstandpunt niet is ingebracht. Uit recente jurisprudentie van het Hof van Justitie volgt dat het weigeren van een bpm-teruggaaf soms in strijd met EU-recht kan zijn. Op grond van dit arrest en het Kennisgroepstandpunt moet het teruggaafverzoek alsnog worden toegekend.
Proceskostenvergoeding
Volgens de rechtbank was het beroep niet nodig geweest als de inspecteur had gevraagd naar de oorzaak van de te late inschrijving. De man wil een vergoeding van de werkelijke beroepskosten, maar de rechtbank volstaat met een hogere proceskostenvergoeding.
Wet: art. 14a BPM, art. 4a Uitv.besl. BPM, art. 110 VWEU en art. 8:42 Awb
Bron: Rechtbank Gelderland 1 mei 2023 (gepubliceerd 2 mei 2023), ECLI:NL:RBGEL:2023:2482, 19/5568
Geef een reactie