De staatssecretaris van Financiën heeft een besluit gepubliceerd met een actualisering van het beleid betreffende de belastingplicht voor de vennootschapsbelasting van stichtingen en verenigingen.
Dit besluit is een actualisering van het beleid dat is opgenomen in het besluit van 23 december 2005, nr. CPP2005/2730M. Dit beleid is op onderdelen aangepast of verduidelijkt. Het besluit bevat verder enkele nieuwe onderdelen. De belangrijkste wijzigingen zijn hieronder weergegeven.
- Er is beleid opgenomen over het criterium ‘deelname aan het economische verkeer’ (onderdeel 2.2).
- Het onderdeel over ‘winststreven’ is uitgebreid (onderdeel 2.3). In het onderdeel ‘winststreven en gesubsidieerde instellingen’ (onderdeel 2.3.1) is zowel een verduidelijking als een verruiming van het huidige beleid opgenomen.
- Het onderdeel over het concurrentiecriterium is geactualiseerd (onderdeel 3). De voorbeelden die zijn opgenomen in onderdeel 4 van het besluit met nr. CPP2005/2730M zijn komen te vervallen. Met deze aanpassing is geen inhoudelijke wijziging beoogd.
- Er is beleid opgenomen over de regeling integrale belastingplicht (onderdeel 4 en bijlage I).
- Er is een verduidelijking opgenomen van de vereisten waaraan een lichaam dat een sociaal belang behartigt moet voldoen om gebruik te kunnen maken van de fictieve loonkostenaftrek (onderdeel 5).
Het besluit treedt in werking met ingang van 24 augustus 2023.
Bron: Besluit van 8 augustus 2023, nr. 2023-11888, Ministerie van Financien, Stcrt. 2023, 23036
Meer weten? Volg dan de online cursus vennootschapsbelastingplicht stichtingen & verenigingen
Welke belastingheffingen spelen zoal een rol voor verenigingen en stichtingen?
In deze cursus beantwoorden we onder andere deze vragen. Na afloop van deze cursus ben je in staat om met de cliënt het gesprek aan te gaan over de fiscale positie. In de cursus reikt non-profit specialist Jos van Bavel je handvatten en ervaringen aan om de fiscale positie van instellingen te helpen bepalen.
Geef een reactie