De staatssecretarissen van Fiscaliteit en Belastingdienst en Toeslagen en Douane hebben Kamervragen beantwoord laagdrempelige onafhankelijke fiscale rechtshulp.
Zo vragen de leden van de VVD-fractie of het kabinet voor- en nadelen kan geven van het verder uitbreiden van de Inspectie belastingen, toeslagen en douane (IBTD) om de taken van een laagdrempelige onafhankelijke rechtshulp (LOFR) faciliteren. Daarbij moet men ook de kosten meenemen van verschillende varianten. De staatssecretarissen verwijzen naar een nota waarin de volgende voordelen staan van de positionering van LOFR:
- De IBTD is onderdeel van het ministerie van Financiën, maar niet de Belastingdienst. De IBTD heeft vergelijkbare bevoegdheden met betrekking tot informatie en toegang tot dossiers.
- De IBTD krijgt met de komst van LOFR een directe (extra) bron van signalen die voor het inspectiewerk van belang zijn. Dit leidt tot een versterking van het inspectiewerk.
- De inspectie levert als reflectieve toezichthouder systeemkritiek en heeft de mogelijkheid om te rapporteren aan het parlement.
Tijdpad
Daarnaast hebben verschillende fracties vragen gesteld over het tijdpad. De staatssecretarissen antwoorden dat het streven is om wijzen erop dat het streven is om begin 2024 op basis van de bevindingen van de kwartiermaker een besluit te nemen over de positionering van de Belangenbehartiger. Op basis van het ontwerp vindt vervolgens de uitwerking plaats van de inrichting van het bureau of de kamer van de Belangenbehartiger. De Kamer wordt te zijner tijd over beide fases nader geïnformeerd. Uiterlijk in het najaar van 2024 moet de Belangenbehartiger voor belastingplichtigen en toeslaggerechtigden in functie zijn.
Bron: Ministerie van Financiën 5 september 2023, kenmerk 2023-0000200521
Geef een reactie