Het ministerie van SZW is een internetconsultatie gestart over de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden.
Dit wetsvoorstel is een van de maatregelen waarmee de regering schijnzelfstandigheid wil tegengaan. De regels voor het werken met werknemers en zelfstandigen worden verduidelijkt. Nieuw is dat indicaties die wijzen op zelfstandig ondernemerschap zwaarder worden meegewogen bij de beoordeling van de arbeidsrelatie.
Dit wetsvoorstel beoogt:
- het creëren van een gelijker speelveld voor contractvormen van werknemers en zelfstandigen;
- het verduidelijken van de regels over wanneer als werknemer gewerkt wordt en wanneer als zelfstandige gewerkt kan worden;
- het versterken en verbeteren van de handhaving en in voorbereiding op afschaffen van het handhavingsmoratorium per 1 januari 2025.
Verduidelijking van de wetgeving
De wettelijke norm om werknemers van zelfstandigen te onderscheiden is op dit moment een open norm die door rechterlijke uitspraken (jurisprudentie) is ingekleurd. Met het voorstel wordt het meest onderscheidende wettelijke vereiste ‘werken in dienst van’ (gezag) uit artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek verduidelijkt. De jurisprudentie is bij elkaar gebracht, gestructureerd en gecomprimeerd aan de hand van drie hoofdelementen (werkinhoudelijk ondergeschiktheid, organisatorische inbedding en werken voor eigen rekening en risico). Deze hoofdelementen worden verder ingevuld door indicaties en de wijze waarop toetsing plaats dient te vinden, is ook gestructureerd.
Sneller meer zekerheid aan de basis van de arbeidsmarkt
Met het voorstel wordt een civielrechtelijk rechtsvermoeden geïntroduceerd bij een uurtarief onder € 32,24 (peildatum 1 juli 2023). Als een werkende aan kan tonen dat er sprake is van een uurtarief lager dan het bovenstaande bedrag, wordt vermoed dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst en is het aan de werkgever om aan te tonen dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst.
Inwerkingtreding
Het beoogde tijdstip van inwerkingtreding van de maatregelen in dit voorstel is 1 juli 2025, mits uitvoerbaar. Voor de maatregel is geen overgangsrecht voorzien. Dit betekent dat de maatregelen bij inwerkingtreding onmiddellijke werking hebben. De onmiddellijke werking houdt in dat de regels van toepassing zijn op elke arbeidsovereenkomst die op 1 juli 2025 bestaat en op arbeidsovereenkomsten die op of na die datum ingaan. De internetconsultatie staat open tot en met 10 november 2023.
Geef een reactie