Minister Schouten heeft aan gemeenten en waterschappen gevraagd om bij een groep mensen met een Wajong-uitkering die niet meer in aanmerking komen voor kwijtschelding van lokale belastingen niet tot invordering over te gaan. De minister reageert op een brief van de Nationale ombudsman over personen met een Wajong-uitkering waarvoor niet langer de lokale belastingen worden kwijtgescholden.
Eerder dit jaar is gebleken dat (vooral) personen met een Wajong-uitkering dit jaar niet meer in aanmerking komen voor kwijtschelding van gemeente- en/of waterschapsbelasting, terwijl er in hun uitkeringspositie niets is veranderd en zij hierdoor in hun koopkracht achteruit kunnen gaan. De oorzaak ligt in de afbouw van de dubbele algemene heffingskorting in het referentieminimumloon voor de berekening van de bijstandsnormen. Deze afbouw zorgt er voor dat de bijstandsuitkering langzamer stijgt dan de UWV-uitkeringen, terwijl bij een verzoek om kwijtschelding wordt gerekend met de kosten van bestaan die zijn gekoppeld aan de bijstandsuitkering.
Geen verplichting
Voor de korte termijn is de volgende oplossing bedacht. Waterschappen en gemeenten zijn via de VNG en de Unie van Waterschappen gevraagd om ten aanzien van belastingaanslagen over de jaren 2023 en 2024 voor de betrokken huishoudens geen verdere invorderingsmaatregelen te treffen. Het Rijk kan de medeoverheden hiertoe niet verplichten, maar met de VNG en de Unie van Waterschappen benadrukt de minister het belang van het bieden van deze oplossing voor de personen die het betreft. Dit betekent dat deze mensen de aanslag dan definitief niet hoeven te betalen, tenzij zij op een andere grond niet in aanmerking komen voor kwijtschelding, bijvoorbeeld als betrokkene over vermogen beschikt.
Hoe een structurele oplossing eruit kan zien, laat de minister ambtelijk verkennen met de betrokken ministeries en koepelorganisaties. Dit vergt aanpassing van wet- en regelgeving en is daarom niet in te voeren vóór 2025.
Geef een reactie