De Kennisgroep onroerende zaken heeft de vraag beantwoord wat de gevolgen zijn van een mantelzorgwoning voor de ouders in de tuin van de belastingplichtige voor de eigenwoningregeling en voor de belastingheffing in box 3.
De belastingplichtige heeft een eigen woning. In zijn tuin hebben zijn ouders op eigen kosten een vrijstaande mantelzorgwoning geplaatst. De mantelzorgwoning:
- heeft een eigen huisnummer, maar geen eigen kadastraal nummer;
- is aangesloten op de nutsvoorzieningen van de woning van de belastingplichtige;
- heeft een eigen ingang, woon- en slaapkamer, keuken, sanitaire voorzieningen en tuin; en
- vormt visueel één geheel met de grond.
Er is geen recht van opstal voor de mantelzorgwoning gevestigd. Voor de huur van de grond is door de ouders een zakelijke huurprijs aan de belastingplichtige verschuldigd. De huurovereenkomst eindigt bij het overlijden van de ouders.
Vraag
Wat zijn de fiscale gevolgen voor de inkomstenbelasting van de geplaatste mantelzorgwoning (inclusief grond) voor de belastingplichtige en zijn ouders?
Antwoord
De waarde van de juridische eigendom van de mantelzorgwoning (inclusief grond) is voor de belastingplichtige een bezitting in box 3. De waarde van dit juridische eigendom is op basis van artikel 5.22, tweede lid, van de Wet IB 2001 de waarde van de mantelzorgwoning en grond in onbezwaarde staat verminderd met de waarde van het genotsrecht van de ouders.
De waarde van het genotsrecht met betrekking tot de mantelzorgwoning is voor de ouders een bezitting in box 3. De waarde van het genotsrecht wordt bepaald op grond van artikel 18 en artikel 19, eerste en achtste lid, onderdeel a, van het Uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting 2001. Vanwege de zakelijke huurprijs is de waardering van het genotsrecht van de grond nihil (artikel 5.19, vierde lid, Wet IB 2001).
Geef een reactie