Als liquide middelen geen enkele functie (meer) hebben binnen de onderneming, is er sprake van box 3-vermogen. Er wordt in dit geval een rentecompensatie toegekend omdat de box 3-heffing strijdig is met het EVRM.
Een man drijft een eenmanszaak voor advies en consultancy. De inspecteur heeft bij de aanslagen IB/PVV over 2017 en 2018 een bedrag aangemerkt als overtollige liquide middelen die niet tot het ondernemingsvermogen behoren. Hij heeft deze bedragen tot het belastbaar box 3-vermogen van 2017 respectievelijk 2018 gerekend.
Box 3-inkomen correct berekend
Rechtbank Den Haag overwoog dat liquide middelen die in de onderneming, gezien de aard en omvang, geen enkele functie vervullen, geen ondernemingsvermogen zijn. De inspecteur maakte zijn (aangepaste) schatting voor beide jaren aannemelijk. Hij had ook het box 3-inkomen op grond van het Besluit Rechtsherstel box 3 juist herrekend.
Onjuiste toerekening en rentevergoeding
Hof Den Haag bevestigt de schatting voor 2017 (€ 696.891) en 2018 (€ 461.797). De man maakt, mede gezien zijn leeftijd en de beperkte omzet in de afgelopen jaren, niet aannemelijk dat de gelden nodig waren voor investeringen. Hij stelt echter terecht dat de correcties aan de verkeerde jaren zijn toegerekend. De inspecteur heeft de beginbalans in één keer gecorrigeerd, maar er was eigenlijk sprake van een onttrekking gedurende het jaar. Op de peildatum 1 januari 2017 was daarom (nog) geen sprake van duurzaam overtollige liquide middelen die in box 3 vielen. Deze correctie komt geheel te vervallen, en de correctie voor 2018 valt door de veranderde toerekening lager uit. Het box 3-inkomen wordt voor 2017 nog verder verminderd op grond van de Wet rechtsherstel box 3, en voor 2018 op basis van het werkelijk rendement. De box 3-heffing is in strijd met het EVRM, maar een compensatie voor misgelopen rente is niet mogelijk volgens de Nederlandse belastingrenteregeling. Het hof kent echter op grond van een uitspraak van het EHRM toch een rentevergoeding toe op basis van het rentepercentage voor de belastingrente.
Wet: art. 5.2, 5.3 Wet IB 2001, art. 4:17 Awb, art. 30fe, en 30hb AWR
Bron: Hof Den Haag 28 september 2023 (gepubliceerd 14 december 2023), ECLI:NL:GHDHA:2023:2219, 23/00112 en 23/00113
Geef een reactie