De Kennisgroep reorganisatiefaciliteiten en fiscale eenheden heeft de vraag beantwoord of op grond van artikel 15ai Wet Vpb 1969 een boekverlies kan worden genomen, als op het ontvoegingstijdstip de waarde in het economische verkeer van het overgedragen vermogensbestanddeel lager is dan de fiscale boekwaarde.
- Binnen een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting gaan twee panden (pand A en B) van maatschappij X over naar maatschappij Y. Op het moment van de overdracht is de waarde in het economische verkeer van beide panden hoger dan de fiscale boekwaarde.
- Vervolgens wordt binnen zes jaar de overnemer, maatschappij Y, ontvoegd uit de fiscale eenheid.
- Op het moment van ontvoeging is de WEV van pand A (nog steeds) hoger dan de fiscale boekwaarde. Niet ter discussie staat dat onmiddellijk voorafgaand aan het ontvoegingstijdstip ter zake van pand A een boekwinst moet worden genomen op grond van artikel 15ai van de Wet Vpb 1969.
- Op het moment van ontvoeging is de WEV van pand B (inmiddels) lager dan de fiscale boekwaarde; er is sprake van een negatieve stille reserve.
- Ten aanzien van pand B heeft geen afwaardering tot lagere bedrijfswaarde plaatsgevonden.
- De moedermaatschappij van de fiscale eenheid wil op grond van artikel 15ai Wet Vpb 1969 een boekverlies claimen ter zake van pand B.
Vraag
Kan op grond van artikel 15ai Wet Vpb 1969 een verlies worden genomen als onmiddellijk voorafgaand aan het moment van ontvoeging van de overnemer of overdrager sprake is van een negatieve stille reserve?
Antwoord
Ja, op grond van artikel 15ai Wet Vpb 1969 kan een verlies worden genomen als onmiddellijk voorafgaand aan het moment van ontvoeging van de overnemer of overdrager sprake is van een negatieve stille reserve.
Bron: Belastingdienst, 7 februari 2024
|
Geef een reactie