Een krantenbezorger heeft recht op aanvullende aftrek van reiskosten, omdat hij aannemelijk heeft gemaakt dat hij geen onbelaste reiskostenvergoeding heeft ontvangen van zijn opdrachtgever.
In 2018 werkt een krantenbezorger als zzp’er en behaalt daarmee resultaat uit overige werkzaamheden. Hij bezorgt de kranten met zijn privéauto. In zijn aangifte 2018 vermindert de zzp’er het resultaat met een bedrag aan kilometervergoeding gebaseerd op 20.916 gereden kilometers tegen € 0,40 per zakelijk verreden kilometer. De inspecteur houdt bij de aanslagoplegging geen rekening met de reiskosten. Na bezwaar vermindert de inspecteur de aanslag met vermeende reiskosten woon-werkverkeer. De overige aangegeven reiskosten komen niet in aftrek.
Geschilpunten
Bij rechtbank Zeeland-West-Brabant is onder meer in geschil of het hoorrecht tijdens de bezwaarfase is geschonden, de krantenbezorger recht heeft op aanvullende reiskostenaftrek vanwege de zakelijk verreden kilometers.
Hoorrecht niet geschonden
Volgens de rechtbank is het hoorrecht tijdens de bezwaarfase niet geschonden. De inspecteur heeft de krantenbezorger voldoende gelegenheid gegeven om te worden gehoord. Bij het maken van de afspraak om te worden gehoord, heeft de krantenbezorger aangegeven alleen na 21:00 uur beschikbaar te zijn. Daarop heeft de inspecteur het verzoek terecht afgewezen. Vervolgens heeft de krantenbezorger de inspecteur verzocht binnen één week uitspraak te doen. Daardoor mocht de inspecteur er vanuit gaan dat de krantenbezorger afzag van zijn recht te worden gehoord.
Aanvullende aftrek reiskosten
De rechtbank vindt wel dat de krantenbezorger voldoende aannemelijk heeft gemaakt zakelijke reiskosten te hebben gemaakt. De rechtbank verleent de gevraagde aftrek echter slechts voor € 0,19 (2018) per kilometer en niet tegen € 0,40 per kilometer zoals de krantenbezorger in zijn aangifte had aangegeven. Bovendien had de inspecteur in zijn uitspraak op bezwaar ten onrechte een aftrek verleend voor woon-werkverkeer. Dat bleek er niet te zijn geweest. Het beroep van de inspecteur op interne compensatie slaagt.
Wet: art. 3.90 en 3.95 Wet IB 2001
Geef een reactie