Staatssecretaris Idsinga geeft antwoord op vragen over het onderzoek naar structureel verlieslatende bedrijven.
Op de vraag over verschil in de definitie van ‘doorstroomvennootschappen’ geeft de staatssecretaris aan dat in het onderzoek naar structureel verlieslatende bedrijven is gefocust op doorstroomvennootschappen waardoor dividenden stromen. Dergelijke doorstroom leidt doorgaans namelijk niet tot belastbare winst. Dividenden stromen van dochter naar moeder, daarom is in het onderzoek gekeken naar internationale bedrijven waarvan alle moeder- én dochterbedrijven buitenlands waren. De commissie Doorstroomvennootschappen keek breder naar vennootschappen waardoor dividenden, renten of royalty’s stroomden. Een ander verschil is dat het onderzoek naar structureel verlieslatende bedrijven is gebaseerd op gegevens uit de aangiften vennootschapsbelasting, terwijl de commissie Doorstroomvennootschappen gegevens van De Nederlandsche Bank heeft gebruikt. Die gegevens kennen een andere oorsprong en een andere opbouw, waardoor het niet mogelijk was om dezelfde definitie te hanteren.
Aanpassen antimisbruikbepaling
De staatssecretaris gaat verder in op een mogelijk aanvullende maatregel vanwege inkomende stromen uit laagbelastende jurisdicties, namelijk het aanpassen van de bestaande antimisbruikbepaling gericht op de bestrijding van rente- en royaltydoorstroomvennootschappen.
UNSHELL
Het kabinet juicht het EU-richtlijnvoorstel toe om misbruik van doorstroomvennootschappen aan te pakken (UNSHELL). Nederland zet zich bij de richtlijnonderhandelingen actief in, en neemt de aanbevelingen van de Commissie doorstroomvennootschappen daarin zo veel mogelijk mee. Op dit moment is het beeld dat er op korte termijn geen akkoord zal komen over UNSHELL. De standpunten van lidstaten lopen nog ver uiteen ten aanzien van het doel en de reikwijdte van UNSHELL waarbij hier ook unanimiteit vereist is. Mocht het tot een implementatie van UNSHELL komen, dan zou dit betekenen dat entiteiten zonder economische substantie hun fiscale positie zien verzwakken, met een daling van doorstroomactiviteiten als gevolg. Dat zal dan ook gevolgen hebben voor het aantal structureel verlieslatende doorstroomvennootschappen.
Bron: Antwoorden op Kamervragen over structureel verlieslatende bedrijven, Ministerie van Financiën, 24 september 2024
Masterclass Pillar 2 – Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2)
Na het volgen van deze Masterclass heb je een goed beeld van de inhoud en de structuur van de Pillar 2-regels, het concept van de berekening van de Pillar 2 effectieve winstbelastingdruk (inclusief een basisbegrip van Tax Accounting), zodat je in de praktijk de korte- en langetermijnverplichtingen alsmede de vraagpunten kunt herkennen en de regels kunt toepassen.
Geef een reactie