Een uitspraak van iemand die op verzoek van de belastingplichtige zijn belastingaangifte invult, wekt bij die belastingplichtige geen vertrouwen op dat de Belastingdienst moet eerbiedigen.
Een vrouw laat een derde haar aangifte IB/PVV 2015 invullen. Volgens de aangifte bedraagt de ingehouden loonheffing € 11.727 en heeft de vrouw recht op de jonggehandicaptenkorting. Wanneer de inspecteur de aanslag IB/PVV 2015 oplegt, gaat hij uit van een bedrag van € 27 aan ingehouden loonheffing. Bovendien meent hij dat de vrouw geen recht heeft op de jonggehandicaptenkorting. De vrouw begint daarop een beroepsprocedure. Maar zij kan voor hof Den Haag niet aannemelijk maken dat een bevoegde medewerker van de Belastingdienst een toezegging heeft gedaan waaraan vertrouwen is te ontlenen. Dat de aangifte-invuller een toezegging zou hebben gedaan, bindt de inspecteur niet. Bovendien maakt de vrouw niet aannemelijk dat de gegevens die de Belastingdienst van de werkgever heeft ontvangen, onjuist zijn. Daarom verklaart het hof het beroepsschrift van de vrouw ongegrond.
Geef een reactie