Minister Heinen stuurt de Tweede Kamer een brief met de beantwoording van de nog resterende vragen uit het eerste wetgevingsoverleg pakket Belastingplan 2025.
Stemmingen pakket Belastingplan
De minister gaat eerst in op vragen over de betekenis van eventueel uitstel van de stemmingen voor het pakket Belastingplan. De Belastingdienst moet uiterlijk op 15 november 2024 de benodigde parameters ontvangen voor voorlopige teruggaven en aanslagen inkomsten- en loonbelasting voor 2025. Bij uitstel worden voorlopige aanslagen 2025 berekend op basis van de toen geldende parameters. Als latere aanpassingen plaatsvinden, kunnen deze mogelijk niet worden meegenomen. Voor de loonbelasting is de deadline van 15 november 2024 12:00 uur in het bijzonder van belang voor het aanleveren van de juiste gegevens bij de leveranciers van loonaangiftesoftware. Zij moeten die verwerken in hun pakketten, zodat inhoudingsplichtigen vanaf 1 januari 2025 de juiste in te houden loonheffingen kunnen berekenen.
Antifragmentatiemaatregel
Er is gevraagd om te reflecteren op de mogelijkheid om een lagere drempel in te stellen ten einde woningbouwcorporaties en kleinere beleggers te ontzien. De voorgestelde antifragmentatiemaatregel regelt dat de drempel in het geheel buiten toepassing wordt gelaten ten aanzien van vastgoedlichamen. Voor wat betreft de gevolgen voor woningcorporaties geldt dat van de totale opbrengst van de antifragmentatiemaatregel van € 40 miljoen structureel slechts € 4 miljoen afkomstig is van woningcorporaties. De gevolgen voor woningcorporaties zijn derhalve relatief beperkt. Het kabinet is onder meer door de NOB en RB gewezen op de mogelijk negatieve gevolgen van de antifragmentatiemaatregel op de investeringen in vastgoed door kleinere vastgoedbeleggers in het MKB. Zo pleiten NOB en RB onder meer voor een alternatieve vormgeving van de maatregel, waarbij de drempel voor vastgoedlichamen niet geheel buiten toepassing wordt gelaten maar wordt verlaagd tot een lager bedrag van bijvoorbeeld € 100.000. Naar verwachting zal in dit alternatief voor grotere vastgoedbeleggers de ‘winst’ van fragmentatiestructuren niet meer opwegen tegen de kosten ervan, en worden kleinere vastgoedbeleggers in het MKB gespaard. De drempel verlagen tot € 100.000 is op basis van een eerste analyse uitvoerbaar en leidt tot een ingeschatte budgettaire derving van € 4 miljoen structureel.
Reparatie heffingslek zeevarenden en anticiperen op introductie thuiswerkdrempel
Er is een thuiswerkregeling tussen Luxemburg en Duitsland waarbij 34 dagen per jaar thuisgewerkt mag worden zonder fiscale gevolgen. Er is gevraagd of de staatssecretaris kan toezeggen zich maximaal in te zetten om met Duitsland tot een dergelijke regeling te komen. De minister zegt toe dat het kabinet zich maximaal zal blijven inzetten om een drempelregeling met Duitsland af te spreken. De inzet is om dit jaar nog een dergelijke overeenkomst te ondertekenen.
Extraterritoriale regeling
Er is gevraagd of het klopt dat het kabinet niets gaat doen aan de ETK-regeling. In het Hoofdlijnenakkoord heeft het kabinet opgenomen dat wordt bezien of, en zo ja welke mate, fiscale voordelen onder de ETK-regeling worden versoberd. Het kabinet geeft op dit moment uitvoering aan deze passage uit het Hoofdlijnenakkoord door de ETK-regeling onderdeel te maken van het IBO Arbeidsmigratie dat momenteel wordt uitgevoerd. Daarin zullen verschillende varianten van een versobering van de ETK-regeling worden onderzocht. De verwachting is dat het kabinet voor de zomer 2025 de eerste resultaten van het onderzoek met de Kamer kan delen.
Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024
Er zijn meerdere vragen gesteld over de verruimingen die bij amendement 11 zijn opgenomen in de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024. Het gaat hier om de verruiming van de verwateringsregeling en de toegang voor kleine familiebelangen in het aangenomen amendement nr. 11 vorig jaar. De tweede maatregel wordt ook wel de familietoets genoemd. Deze twee maatregelen die onderscheid maken gebaseerd op familierelaties in de BOR leiden waarschijnlijk tot ongeoorloofde staatssteun. Nederland zou in strijd handelen met het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie indien deze twee maatregelen zonder goedkeuring van de Europese Commissie in werking zouden treden. Het kabinet wil hier niet lichtvaardig mee omgaan. Want als beide maatregelen toch in werking treden, maar de Europese Commissie constateert dat hier sprake is van ongeoorloofde staatssteun, dan heeft dit vergaande consequenties. Om problemen te voorkomen wordt daarom in het voorliggende wetsvoorstel voorgesteld dat inwerkingtreding plaatsvindt per KB. Als goedkeuring van de Europese Commissie wordt verkregen, kan het KB daarna geslagen worden. De verwachting is dat voor dit traject meer tijd nodig is, de Europese Commissie zal ook goed willen kijken hoe de bestaande BOR eigenlijk werkt en daar mogelijk vragen over stellen terwijl het kabinet niet optimistisch is over de kans op goedkeuring van deze twee maatregelen in het amendement. Het kabinet wijst er daarnaast op dat in de de uitvoeringstoets van de Belastingdienst meerdere rode vlaggen staan, onder andere vanwege het niet kunnen traceren van verwantschap generaties terug, de fraudegevoeligheid en vergroting van de complexiteit.
Bron: Kamerbrief Beantwoording openstaande vragen WGO Belastingplan 2025, nr. 2024-0000516360, Ministerie van Financien, 6 november 2024
Geef een reactie