Is het overgangsrecht voor het toekennen van een immateriële schadevergoeding bij een gering financieel belang van toepassing? Dan moet men het grensbedrag niet indexeren.
Op 14 juni 2024 heeft de Hoge Raad (NTFR 2024/1071) zijn vaste rechtspraak over de immateriële schadevergoeding bij een financieel belang van minstens € 15 aangepast. Vanaf die datum kan de belastingrechter volstaan met de constatering dat de redelijke termijn is overschreden als het financiële belang bij een procedure minder dan € 1.000 bedraagt. Daarbij geldt echter als aanvullende voorwaarde dat de redelijke termijn met hooguit twaalf maanden is overschreden. Dit is alleen anders als sprake is van overgangsrecht. De wijziging geldt bijvoorbeeld niet voor zaken waarin:
- de belanghebbende vóór 14 juni 2024 om een immateriële schadevergoeding heeft verzocht, en
- de redelijke termijn voor de desbetreffende fase van de procedure op 14 juni 2024 al was overschreden.
Grens van € 15
Als het overgangsrecht van toepassing is, moet de belastingrechter een immateriële schadevergoeding toekennen als het financiële belang bij de gevoerde procedure minstens € 15 bedraagt. De Hoge Raad ziet geen aanleiding om dit bedrag te indexeren.
Wet: art. 8:75 Awb
Bron: Hoge Raad 29 november 2024, ECLI:NL:HR:2024:1758, 23/01930
Geef een reactie