De Kennisgroep belastingplicht en kwalificatie rechtsvormen heeft een standpunt gepubliceerd over de kwalificatie van verschillende Duitse Sondervermögen met ingang van 2025.
In recente arresten heeft de Hoge Raad een Sondervermögen met meerdere participanten als vergelijkbaar met een niet transparant fonds voor gemene rekening aangemerkt en een Sondervermögen met slechts één participant als transparant gekwalificeerd (o.a. HR 14 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:862, HR 20 september 2024, ECLI:NL:HR:2024:1244, en HR 24 januari 2020, ECLI:NL:HR:2020:115). Met ingang van 2025 is het kwalificatiebeleid voor buitenlandse rechtsvormen opgenomen in (onder andere) de Wet Vpb 1969. Tevens wijzigt met ingang van 2025 de definitie van fgr in de Wet Vpb 1969. Sondervermögen, gevestigd in Duitsland, vragen bij de Belastingdienst zekerheid vooraf over de vraag of zij voor de vennootschapsbelasting buitenlands belastingplichtig zijn in Nederland met ingang van 1 januari 2025. Dit betreft Sondervermögen met meerdere participanten, maar ook Sondervermögen met slechts één participant.
Vragen
- Kan een Sondervermögen met meerdere participanten, dat is gevestigd in Duitsland, met ingang van 1 januari 2025 kwalificeren als een fonds voor gemene rekening in de zin van artikel 2, vierde lid, Wet Vpb 1969?
- Kwalificeert een Sondervermögen met slechts één participant, dat is gevestigd in Duitsland, met ingang van 1 januari 2025 als fiscaal transparant, waardoor de bezittingen en de schulden alsmede de opbrengsten en de uitgaven, onderscheidenlijk de kosten worden toegerekend aan de participant?
Antwoorden
- Ja.
Een Sondervermögen met meerdere participanten kwalificeert als een fgr, als wordt voldaan aan alle voorwaarden van de fgr-definitie (wettekst vanaf 1 januari 2025). - Nee.
Een in Duitsland gevestigd Sondervermögen met slechts één participant kwalificeert met ingang van 1 januari 2025 als niet-vergelijkbare rechtsvorm. Voor niet in Nederland gevestigde niet-vergelijkbare rechtsvormen geldt de symmetrische methode, hetgeen betekent dat de fiscale regelgeving van Duitsland mede bepalend is voor de kwalificatie voor Nederlandse belastingdoeleinden. Duitsland behandelt een Sondervermögen met slechts één participant als een aan de Körperschaftsteuer (Duitse vennootschapsbelasting) onderworpen lichaam, waaraan in beginsel de bezittingen en schulden, alsmede de opbrengsten en uitgaven worden toegerekend.
Op grond van artikel 3, eerste lid, onderdeel b, juncto artikel 3, tweede lid, Wet Vpb 196 wordt een dergelijk Sondervermögen aangemerkt als buitenlands belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting, indien het Nederlands inkomen geniet.
In de Duitse fiscale regelgeving bestaat voor bepaalde typen Sondervermögen de mogelijkheid om onder voorwaarden voor hun binnenlandse inkomsten gebruik te maken van de zogenoemde Transparenzoption. Als nadere beoordeling uitwijst dat het gebruik maken van de Transparenzoption invloed heeft op de Nederlandse belastingheffing van het betreffende Sondervermögen zal de kennisgroep daarop ingaan in een apart standpunt.
Bron: Belastingdient, 4 december 2024
Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)
Op 1 januari 2025 wordt het bestaande Nederlandse fiscale kwalificatiebeleid voor (buitenlandse) rechtsvormen gecodificeerd en aangepast. In deze online cursus worden de Nederlandse regels voor kwalificatie van (buitenlandse) rechtsvormen behandeld. Deze regelgeving is met name relevant in internationale structuren, maar ook in zuiver binnenlandse situaties kan de regelgeving van belang zijn. Er is voorzien in overgangsrecht, maar om daarvoor in aanmerking te komen is het veelal noodzakelijk om nog in 2024 in actie te komen. Tijdens de online cursus wordt op praktische wijze de nieuwe regelgeving doorgenomen. Meld je dus snel aan!
Geef een reactie