De diensttijdregeling wordt beoordeeld als beperkt doeltreffend en als niet doelmatig. Dit schrijft staatssecretaris Van Oostenbruggen in een Kamerbrief over de evaluatie van de fiscale regeling voor diensttijdvrijstelling in de loonbelasting.
Het aantal werknemers dat jaarlijks een onbelaste jubileumuitkering ontvangt wordt op basis van gegevens van het CBS en gegevens over CAO’s geraamd op 15.000 à 20.000. Gebruikers van de diensttijdvrijstelling werken relatief vaak bij de overheid, in het onderwijs of in de financiële dienstverlening of industrie.
De kosten van de regeling worden geraamd op € 36 miljoen per jaar. De regeling kan als beperkt doeltreffend beoordeeld worden, omdat potentieel slechts 30-35% van alle werkende Nederlanders van de regeling gebruik zou kunnen maken. Het is ook niet duidelijk of werkgevers dankzij het bestaan van de diensttijdvrijstelling vaker een jubileumuitkering aan hun werknemers aanbieden dan het geval zou zijn indien de diensttijdvrijstelling niet bestond.
De regeling is niet doelmatig, omdat hij beschouwd kan worden als een waardeoverdracht van de belastingbetaler naar relatief welvarende werknemers, de arbeidslocatie kan verstoren en voor bepaalde groepen bevoordelend is. Vanuit breed welvaartsperspectief is het twijfelachtig of het doel van de regeling nog nuttig is. De vrijstelling past minder in de huidige tijd waarin werknemers worden aangemoedigd om lerend en wendbaar te blijven.
De uitkomsten van het onderzoek worden de komende tijd gewogen. In het voorjaar van 2025 volgt een kabinetsreactie.
Bron: Kamerbrief over evaluatie diensttijdvrijstelling, nr. 2024-0000565745, Ministerie van Financiën, 12 december 2024
Geef een reactie