Minister Agema informeert de Tweede Kamer over de gevolgen van het opheffen van het handhavingsmoratorium met betrekking tot de kwalificatie van de arbeidsrelaties voor de loonheffingen in de zorg. Verder heeft de Belastingdienst aangekondigd dat over het kalenderjaar 2025 nog geen boetes worden opgelegd. Dit geldt voor zowel verzuim- als vergrijpboetes.
De opheffing van het handhavingsmoratorium per 1 januari 2025 betekent dat er weer volledig gehandhaafd gaat worden op de kwalificatie van de arbeidsrelatie voor de loonheffingen. Er is geen sprake van een verandering in wet- en regelgeving.
Zie ook: In 2025 geen boetes bij handhaving schijnzelfstandigheid
Bij het verkrijgen van meer duidelijkheid over wanneer inzet van zzp’ers wel en niet mogelijk is in de zorg, is een aantal specifieke deelgebieden (bijvoorbeeld avond-, nacht- en weekenddiensten, kortdurende waarneming en kwetsbare patiënten die specifieke eerstelijnszorg nodig hebben in instellingen) naar voren gekomen waar gegeven de organisatie van zorg extra duiding wenselijk is. Deze casuïstiek is bekend bij het ministerie.
Omdat 2025 ook het jaar wordt waarin weer volledig wordt gehandhaafd en de sector gebaat is bij duidelijkheid, wil de minister samen met het ministerie van SZW en Financiën/ de belastingdienst verder verkennen hoe het ministerie, in specifieke situaties deze duiding zoveel als mogelijk kan geven. Met behulp van casussen verwacht de minister deze duidelijkheid verder vorm te kunnen geven. Dit stelt de sector in staat om de uitkomsten daarvan te verdisconteren in hun bedrijfsvoering en op basis daarvan concrete extra stappen te zetten om schijnzelfstandigheid tegen te gaan.
Casusposities
De minister biedt brancheorganisaties in zorg en welzijn tot uiterlijk 31 januari 2025 aan om aanvullende casusposities (voorzien van een eigen standpunt) kenbaar te maken die kunnen bijdragen aan het geven van duidelijkheid. Brancheorganisaties kunnen deze casussen kenbaar maken bij het ministerie
De minister is bekend met signalen over de gevolgen van het niet kunnen inzetten van schijnzelfstandigen. Dit geldt niet alleen in zorg en welzijn, maar voor alle sectoren. Hierbij worden alle sectoren gelijk behandeld. Werken met een uitzondering op de handhaving voor een bepaalde sector acht de minister juridisch onhoudbaar, voor de uitvoering onhaalbaar en beleidsmatig onwenselijk, zeker uit oogpunt van rechtsgelijkheid tussen sectoren.
Zachte landing
Daarnaast geldt, voor een zachte landing, 2025 als een ‘overgangsjaar’. De Belastingdienst publiceert binnenkort het handhavingsplan arbeidsrelaties 2025. In dit plan is, zoals ook door de Kamer verzocht, uitgewerkt hoe de Belastingdienst zorgt voor een zachte landing.
Update 18 december 2024 12.30 uur
De Belastingdienst gaat over het kalenderjaar 2025 nog geen boetes opleggen. Dit geldt voor zowel verzuim- als vergrijpboetes. Organisaties kunnen eerst een waarschuwing van de Belastingdienst krijgen voordat er zogenaamde boekenonderzoeken (controles) worden ingesteld. Daarnaast worden alle goedgekeurde modelovereenkomsten automatisch verlengd tot en met 31 december 2029. Met deze maatregelen geeft de Belastingdienst uitvoering aan het verzoek van de Tweede Kamer voor een zachte landing bij de handhaving op schijnzelfstandigheid. Meer hierover is te lezen in het handhavingsplan arbeidsrelaties 2025 dat 18 december gepubliceerd is op de website van de Belastingdienst.
Bron: Kamerbrief over de gevolgen van schijnzelfstandigen in de zorg, nr. 4025559-1076434-MEVA, Ministerie VWS, 17 december 2024
Geef een reactie