Deze regeling geeft uitvoering aan de indexeringsvoorschriften, de Algemene douanewet, het Algemeen douanebesluit (Adb), de Algemene douaneregeling (Adr), de Wet op de accijns (WA), Wet BPM 1992, de Wet MRB 1994, de Wet belasting zware motorrijtuigen, de Wbm en de Provinciewet, in samenhang met de Wet IB 2001.
De bedragen, genoemd in diverse artikelen van de WA, de Wet BPM 1992, de Wet MRB 1994, de Wbm en de Provinciewet, worden jaarlijks bij het begin van het kalenderjaar aangepast door deze te vermenigvuldigen met de tabelcorrectiefactor, bedoeld in artikel 10.2 Wet IB 2001. Voor 2025 is deze tabelcorrectiefactor bepaald op 1,012. Gelet op de daartoe in artikel 10.1 Wet IB 2001 opgenomen mogelijkheid, is op de uit de vermenigvuldiging verkregen bedragen de nodig geachte afronding toegepast.
Deze regeling past ook een aantal boetebedragen in de indirecte belastingen en in de Adw, het Adb en de Adr aan. Deze boetebedragen worden vanaf 1 januari 2015 telkens na een periode van vijf jaar geïndexeerd, met als gevolg dat deze met ingang van 1 januari 2025 voor de tweede keer worden gewijzigd. Voor de bepaling van de nieuwe boetebedragen wordt als tabelcorrectiefactor genomen het product van deze factoren van de laatste vijf kalenderjaren. Voor de aanpassing van de boetebedragen met ingang van 1 januari 2025 is de factor bepaald op 1,216787.
Daarnaast geeft deze regeling uitvoering aan het indexeringsvoorschrift, neergelegd in artikel 15, tiende lid, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer (WBR). Hiermee wordt het bedrag van de woningwaardegrens voor de startersvrijstelling aangepast aan de veranderingen in de landelijk gemiddelde WOZ-waarde. Daartoe wordt het te vervangen bedrag van de woningwaardegrens gedeeld door de factor iw, bedoeld in artikel 10.3, vijfde lid, van de Wet IB 2001. Het aldus berekende bedrag wordt rekenkundig afgerond op € 5.000. Voor 2025 is deze factor vastgesteld op 100/105,4 = 0,948767. Die factor wordt gebruikt voor de berekening van de woningwaardegrens die geldt vanaf 1 januari van, niet het aankomende, maar het daaropvolgende jaar (2026). Het aldus berekende bedrag van de woningwaardegrens wordt een jaar voordat deze wordt toegepast bekendgemaakt.
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat het bij artikel I in artikel 15, eerste lid, onderdeel p, onder 4°, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer te wijzigen bedrag van toepassing is met ingang van 1 januari 2026.
Bron: Regeling van 19 december 2024, Ministerie van Financiën, Stcrt. 2024, 38305
Geef een reactie