
De Belastingdienst kan de aftrek van een liquidatieverlies weigeren als de holding de gestelde acquisitiekosten niet overtuigend aantoont.
Een Nederlandse bv die deel uitmaakt van een groep heeft in 2004 74% van de aandelen in een Limited (Ltd.) verworven. De moedermaatschappij van de bv heeft de overige 26% verworven. In 2012 is de Ltd. geliquideerd en heeft de bv een liquidatie-uitkering ontvangen. De bv heeft bij haar aangifte vennootschapsbelasting over 2012 een liquidatieverlies opgevoerd. Maar de Belastingdienst corrigeert dit liquidatieverlies. De bv is het daar niet mee eens en start een beroepsprocedure. De zaak is na cassatie door de Hoge Raad verwezen naar het hof Den Haag. Zie NTFR 2023/1682 en ‘Bereken waardedaling deelneming conform aandelenbelang’.
Correctie overtreft liquidatieverlies
Het hof oordeelt dat de bv de omvang van de acquisitiekosten niet overtuigend heeft aangetoond. De bv heeft geen bewijsstukken overgelegd die de gestelde kosten van £ 806.504 onderbouwen. Hierdoor kan zij het liquidatieverlies niet aftrekken. Daarnaast heeft het hof vastgesteld dat de waardedaling van de deelneming in een dochtervennootschap van de Ltd. correct is toegepast. De correctie overtreft het berekende liquidatieverlies, waardoor er geen aftrekbaar liquidatieverlies resteert. Het hof verklaart het hoger beroep van de bv ongegrond.
Geef een reactie