Als een belastingadviseur te laat een bezwaarschrift indient zodat zijn cliënt een aanslag moet betalen, kan hij aansprakelijk worden gesteld voor de schade die zijn cliënt leidt door zijn fout. Als het bezwaarschrift toch zou zijn afgewezen, is de schade niet veroorzaakt door deze beroepsfout. De cliënt kan de schade dan niet verhalen op zijn adviseur.
Zo meende een man, die samen met zijn echtgenoot een vof dreef, dat hij schade had geleden door zijn belastingadviseur. De man had namelijk onder andere over de jaren 2003 en 2005 navorderingsaanslagen inkomstenbelasting ontvangen. De reden van de aanslagen was dat de inspecteur het niet eens was met de door de man opgegeven winstverdeling. De belastingadviseur van de man ging in bezwaar tegen deze navorderingsaanslagen. Maar hij diende het bezwaarschrift tegen de aanslag over 2005 te laat in. De Belastingdienst verklaarde dit bezwaarschrift daarom niet-ontvankelijk. De man stelde de belastingadviseur aansprakelijk voor geleden schade. Hij wist voor Hof Amsterdam echter niet te bewijzen dat een tijdig bezwaarschrift hem belasting zou hebben bespaard. Het bezwaar tegen de aanslag over 2003 was namelijk wel behandeld. Uiteindelijk had de belastingrechter geoordeeld dat de fiscus terecht een navorderingsaanslag over 2003 had opgelegd. De man stelde voor het hof dat hij in 2005 een heel ander soort inkomsten had genoten, maar kon dit niet nader toelichten. Het hof concludeerde dat een tijdig bezwaarschrift de man niet verder zou hebben geholpen, zodat de belastingschuld niet was ontstaan door de fout van de belastingadviseur. Deze hoefde daarom geen schadevergoeding te betalen aan zijn cliënt.
Wet: artikel 150, Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
Meer informatie: Hof Amsterdam, 20 mei 2014 (gepubliceerd 13 oktober 2014), ECLI:NL:GHAMS:2014:1856
Geef een reactie