Als een bedrijf van een ander bedrijf een ‘huursubsidie’ ontvangt, is het van belang na te gaan of deze subsidie in feite is gekoppeld aan een btw-belaste transactie. Is dat namelijk het geval, dan zal de subsidie ook betrokken zijn in de btw-heffing. Dit blijkt uit de volgende zaak voor Rechtbank Noord-Nederland.
Een bedrijf had een franchiseovereenkomst gesloten met een bv. Op grond van deze overeenkomst exploiteerde het bedrijf diverse winkels. In 1997 spraken beide partijen af dat de winkelexploitant een nieuwe winkel zou exploiteren onder de franchiseformule. De bv zou in ruil daarvoor twee winkels overnemen. Ook zou de bv een dusdanige huursubsidie verstrekken, dat de exploitant een bedrijfsresultaat van ƒ 80.000 (€ 36.302,40) kon behalen. Aanvankelijk ontving de exploitant geen huursubsidie over de jaren 2002 tot en met 2005. In een civiele procedure oordeelde de rechter dat de bv over deze periode € 345.650 aan huursubsidies moest betalen aan de exploitant. De bv stelde dat dit bedrag inclusief btw was en verwerkte dit ook in de creditfactuur. De exploitant meende dat de subsidie buiten de omzetbelasting viel. De rechtbank constateerde dat het betalen van de huursubsidie direct voortvloeide uit de franchiseovereenkomst. Het was niet aannemelijk dat de bv de subsidie zou verstrekken zonder enige tegenprestatie. Vergoedingen die voortvloeien uit zulke overeenkomsten zijn in beginsel belast met btw. De winkelexploitant was deze btw dan ook verschuldigd.
Wet: artikel 11, eerste lid, onderdeel b sub 5° Wet OB 1968
Meer informatie: Rechtbank Noord-Nederland, 12 juni 2014 (gepubliceerd 5 september 2014), ECLI:NL:RBNNE:2014:2925
Geef een reactie