Als door gevolg van computerstoringen een wezenlijk onderdeel van de administratie niet meer beschikbaar is, komt dit voor rekening van de onderneming. De administratieplicht houdt ook in dat de administratieplichtige afdoende maatregelen treft om zijn gegevensdragers te beveiligen en op te slaan.
In deze zaak was er strijd tussen de Belastingdienst en een Italiaans restaurant, zijnde een vennootschap onder firma (vof). In mei 2011 kondigde de inspecteur een boekenonderzoek aan bij de vof. Uit het geautomatiseerde bestellingen- en afrekensysteem bleek echter geen detailinformatie meer voor handen. Door storingen in het gebruikte kassasysteem waren digitale bestanden met detailinformatie over omzetgegevens in 2008 en 2009 niet meer bruikbaar. De digitale databestanden met vastgelegde gegevens van het kassasysteem waren niet bewaard. Ook de dagoverzichten betreffende de omzet waren niet meer beschikbaar. Volgens Rechtbank Noord-Holland was de in geschil zijnde informatiebeschikking een ondeelbare beschikking die zowel gold voor de vof als voor haar drie vennoten. De door de storing niet meer beschikbare bescheiden en gegevensdragers vormden een wezenlijk onderdeel van de administratie van de onderneming. Zonder deze informatie was controle van de omzet niet mogelijk en kon niet met zekerheid worden vastgesteld dat de omzet zoals die uit de z-afslagen bleek juist en volledig was. Alleen met z-afslagen kon niet worden volstaan. De vof voldeed daarom niet aan de eisen inzake de administratie- en bewaarplicht (artikel 52 AWR). De nadelige gevolgen van de computerstoringen en het niet voor handen hebben van een deugdelijke back-up van de administratie was voor rekening van de vof. Het is nu aan de inspecteur om te bezien tot welk bedrag hij belastingaanslagen zal opleggen.
Wet: artikel 52 AWR
Meer informatie: Rechtbank Noord-Holland, 14 mei 2014 (gepubliceerd 19 mei 2014), ECLI:NL:RBNHO:2014:4178
Geef een reactie