Als een rechtspersoon op het moment van oplegging van een informatiebeschikking niet meer bestaat, kan geen rechtsgeldige bekendmaking van die informatiebeschikking meer plaatsvinden, zolang geen heropening van de vereffening plaatsvindt. Dit houdt ook in dat de termijn om te beslissen op een bezwaarschrift voor de Belastingdienst niet wordt verlengd.
Een N.V. was in 2010 opgericht naar het recht van Curaçao. In 2015 was de N.V. in liquidatie getreden en in hetzelfde jaar was de vereffening voltooid. Aan de vereffenaar van de N.V. had de Nederlandse Belastingdienst in 2016 diverse aanslagen vennootschapsbelasting, omzetbelasting en dividendbelasting opgelegd, waartegen de ontbonden N.V. bezwaar aantekende. De Belastingdienst vroeg uitstel voor het behandelen van het bezwaarschrift. Na op de laatste dag van deze periode stelde de inspecteur voor alle belastingaanslagen informatiebeschikkingen. De dag hierna stelde de ontbonden N.V. de inspecteur in gebreke.
Te weinig informatie
In geschil was onder meer of de informatiebeschikkingen op de juiste wijze waren vastgesteld en of de inspecteur de beslistermijn had overschreden. Rechtbank Gelderland overwoog dat de N.V. op het moment dat de Belastingdienst de informatiebeschikkingen vaststelde niet meer bestond. Dit heeft tot gevolg dat de vastgestelde informatiebeschikkingen zijn vernietigd. Dit brengt volgens de rechtbank mee dat de Belastingdienst de informatiebeschikkingen niet op de juiste wijze bekend heeft gemaakt, zolang de vereffening niet wordt heropend. Daardoor heeft geen verlenging van de beslistermijn op bezwaar voor de Belastingdienst plaatsgevonden. De door de ontbonden N.V. verzonden ingebrekestelling is daarom terecht. De rechtbank heeft het verzoek van de ontbonden N.V. om zelf inhoudelijk te beslissen op de zaken afgewezen omdat ze te weinig informatie had om zelf te kunnen beslissen. Bovendien ook dat in zijn algemeenheid het bestuursorgaan (de inspecteur) zelf alsnog een inhoudelijke beslissing moet kunnen nemen. De rechtbank oordeelde dat de beroepen van de ontbonden N.V. gegrond waren en besliste verder dat de inspecteur alsnog inhoudelijk op de bezwaarschriften moest beslissen.
Wet: Artikel 52a AWR
Meer informatie: Rechtbank Gelderland 25 oktober 2017 (gepubliceerd op 26 oktober 2017), ECLI:NL:RBGEL:2017:5456
Geef een reactie