Personen die zich ten onrechte als belastingadviseur voordoen, opzettelijk onjuiste aangiften namens klanten indienen en daarmee ten onrechte teruggaven realiseren, riskeren een strafrechtelijke veroordeling.
Een persoon die zich richting klanten ten onrechte voordeed als belastingadviseur / oud-medewerker van de Belastingdienst diende jarenlang opzettelijk onjuiste aangiften IB/PVV in door gefingeerde aftrekposten op te voeren zonder medeweten van de klant. Hij bedong daarbij voor zichzelf een beloning in de vorm van een percentage van de gerealiseerde belastingteruggaaf, waarmee hij een direct belang had bij een zo hoog mogelijke belastingteruggaaf. De inkomsten uit het verzorgen van belastingaangiften gaf de ‘belastingadviseur’ jarenlang niet in zijn eigen aangiften IB/PVV op. Door jarenlang de aangiften voor derden en voor zichzelf zo in te dienen was jarenlang te weinig belasting geheven. Toen zijn klanten werden geconfronteerd met navorderingsaanslagen IB/PVV, waardoor zij vaak in financiële problemen kwamen, werd de FIOD getipt. Het kwam tot een rechtszaak.
Hof Amsterdam achtte de ‘dienstverlener’ schuldig aan:
-
het opzettelijk doen van onjuiste aangiften voor derden;
-
valsheid in geschrifte ten aanzien van de aangiften voor derden;
-
het opzettelijk doen van onjuiste aangiften voor zichzelf;
-
het witwassen van crimineel vermogen (door de verdiensten uit het verzorgen van onjuiste aangiften te gebruiken voor zijn levensonderhoud); en
-
het aanwezig hebben van hennepplanten.
De verdachte werd veroordeeld tot 9 maanden gevangenisstraf en € 15.000 geldboete.
Wet: artikel 69, tweede en vierde lid AWR
Meer informatie: Gerechtshof Amsterdam 20 december 2016 (gepubliceerd 26 oktober 2017), ECLI:NL:GHAMS:2016:5825
Geef een reactie