Staatssecretaris Snel beantwoordt vragen uit het schriftelijk overleg van de Tweede Kamer over het beleidsbesluit van 29 maart 2018 met betrekking tot huwelijk en schenkbelasting.
In de praktijk doet zich een grote diversiteit aan situaties voor als het gaat om het aangaan en wijzigen van huwelijkse voorwaarden. Het is niet mogelijk om in een beleidsbesluit voor alle situaties aan te geven of er mogelijk sprake is van een schenking. Of sprake is van een schenking moet aan de hand van de feiten en omstandigheden van het concrete geval worden beoordeeld langs de lijnen van het bestaande schenkingsbegrip.
Een verdergaande wetsinterpretatie, respectievelijk goedkeuring, dan die Snel heeft gegeven ten aanzien van de tot 1 januari 2018 geldende wettelijke algehele gemeenschap van goederen en het vanaf die datum geldende wettelijke regime van een beperkte gemeenschap van goederen acht hij niet mogelijk. Dergelijke verfijnde regelgeving moet in wetgeving worden vastgelegd en leent zich niet voor opname in een beleidsbesluit.
Op de vraag of Snel bereid is een goedkeuring op te nemen in het beleidsbesluit met betrekking tot samenlevingscontracten waarin wordt afgesproken om het vermogen van de partners tot maximaal gelijke delen te verdelen antwoordt de staatssecretaris dat momenteel wordt bezien of, en zo ja onder welke voorwaarden voor een notarieel samenlevingscontract een vergelijkbare goedkeuring kan worden verleend zoals die voor de in onderdeel 3.2.3 van het beleidsbesluit genoemde huwelijkssituatie met een wederkerig verplicht finaal verrekenbeding.
Zie ook: Geen schenkbelasting bij huwelijk
Geef een reactie