Staatssecretaris Snel heeft gereageerd op een aantal vragen en opmerkingen van de vaste commissie voor Financiën, zoals op 29 januari 2018 voorgelegd over btw-voorstellen van de Europese Commissie.
De staatssecretaris benadrukt dat de precieze implicaties voor bedrijven en burgers in dit stadium nog niet zijn te geven. Dit komt omdat de documenten van de Commissie voornemens en bepalingen bevatten die slechts algemene kaders schetsen of nog verduidelijking behoeven. De voorstellen zien zowel op bedrijven als op belastingdiensten. Het bedrijfsleven blijft betrokken. Alle voorstellen staan op ambtelijk EU-niveau op de agenda en verderder verduidelijking is nodig. Het definitief systeem zal in detail pas worden uitgewerkt in een ander voorstel van de Commissie. Dat voorstel is te verwachten in mei 2018. In feite wordt nu aan de lidstaten gevraagd al akkoord te gaan met een nieuw definitief btw-stelsel, waarvan nu alleen contouren zijn geschetst in de mededeling. Zonder kennis van de nadere invulling van het definitief systeem kan het kabinet hier niet meer akkoord gaan.
Controle
In de nieuwe opzet worden de lidstaten afhankelijk van de juiste afdracht door die in een andere lidstaat gevestigde leverancier en de controle daarop door zijn eigen belastingdienst. Het Voorstel tot wijzing van de Verordening administratieve samenwerking voorziet daarom in de mogelijkheid om als ontvangende lidstaat de lidstaat van vestiging om een controle te verzoeken of om zelf aanwezig te zijn bij een controle.
Voorgaande wijzigingen betekenen voor de Belastingdienst een geheel nieuwe werkprocedure en IT-inrichting. Snel laat weten dat het kabinet nog niet overtuigd is van het effect van de voorstellen.
Meer informatie: Brief Reactie schriftelijk overleg btw, 29 maart 2018
Geef een reactie