Staatssecretaris Snel biedt de nota’s van wijziging die voortvloeien uit de heroverweging van het pakket vestigingsklimaat aan bij de Tweede Kamer.
Het betreft de volgende drie nota’s van wijziging:
– nota van wijziging op het wetsvoorstel Wet bronbelasting 2020, dat ingevolge deze nota van wijziging wordt gewijzigd in wetsvoorstel Wet bedrijfsleven 2019;
– nota van wijziging op het wetsvoorstel Belastingplan 2019;
– nota van wijziging op het wetsvoorstel Wet spoedreparatie fiscale eenheid.
Wet spoedreparatie fiscale eenheid
De nota van wijziging zorgt ervoor dat de periode van terugwerkende kracht van de op 25 oktober 2017 aangekondige spoedreparatiemaatregelen wordt beperkt tot en met 1 januari 2018 in plaats van tot en met 25 oktober 2017, 11.00 uur.
Belastingplan: 30%-regeling
Met deze nota van wijziging wordt overgangsrecht in het wetsvoorstel opgenomen voor ingekomen werknemers voor wie de looptijd van de 30%-regeling door de voorgestelde verkorting van de looptijd van de 30%-regeling zou eindigen in de periode van 1 januari 2019 tot en met 31 december 2020. Dit overgangsrecht houdt in dat de 30%-regeling voor die werknemers tot en met 31 december 2020 kan worden toegepast, voor zover de op grond van de huidige wet- en regelgeving voor de betreffende werknemer geldende looptijd niet is verstreken.
Wet bronbelasting 2020
De maatregelen die in deze nota van wijziging zijn opgenomen zijn:
1. het niet doorvoeren van de afschaffing van de dividendbelasting;
2. het niet per 1 januari 2020 invoeren van de met het afschaffen van de dividendbelasting onlosmakelijk verbonden bronbelasting op dividenden naar laagbelastende jurisdicties en in misbruiksituaties;
3. het niet doorvoeren van de vastgoedmaatregel voor fiscale beleggingsinstellingen in de vennootschapsbelasting;
4. een verdere verlaging van het hoge Vpb-tarief naar 20,5% in 2021;
5. een verdere verlaging van het lage Vpb-tarief naar 15% in 2020;
6. een overgangsmaatregel voor de beperking van de afschrijving op gebouwen in de Vennootschapsbelasting.
De overgangsregeling houdt in dat op gebouwen in eigen gebruik waarop de belastingplichtige bij de invoering van het nieuwe afschrijvingsregime al vóór 1 januari 2019 heeft afgeschreven, maar nog niet over drie volledige boekjaren heeft afgeschreven, na 31 december 2018 gedurende de resterende jaren van die – in totaal – drie boekjaren nog mag worden afgeschreven volgens de in 2018 geldende regels. Dat wil zeggen dat op een gebouw in eigen gebruik waarop bijvoorbeeld reeds over één volledig boekjaar is afgeschreven, nog gedurende twee boekjaren volgens de huidige systematiek mag worden afgeschreven. Indien nog slechts over een gedeelte van het boekjaar is afgeschreven omdat het gebouw gedurende het jaar in gebruik is genomen, telt dat jaar van ingebruikname niet mee voor de driejaarstermijn. Een belastingplichtige met een boekjaar gelijk aan het kalenderjaar, die bijvoorbeeld op 1 juli 2018 een pand in gebruik heeft genomen, kan onder het overgangsrecht dus nog gedurende de jaren 2019, 2020 en 2021 afschrijven volgens de in 2018 geldende regels. Hierbij dient derhalve wel te worden beoordeeld of er volgens de in 2018 geldende regels nog ruimte is om af te schrijven.
> Bijlage 1 Nota van wijziging spoedreparatie Fiscale Eenheid
> Bijlage 2 Nota van wijziging wet bronbelasting
> Bijlage 3 Quickscans nota's van wijziging Belastingplanpakket
> Bijlage 4 Nader rapport Belastingplan 2019
> Bijlage 5 Nader rapport bronbelasting
> Bijlage 6 Nader rapport spoedreparatie Fiscale Eenheid
> Bijlage 7 Nota van wijziging Belastingplan 2019
Geef een reactie