Door bijzondere omstandigheden is het mogelijk dat een ondernemer die geen medisch beroep uitoefent toch een prestatie verricht die onder de btw-vrijstelling voor medische diensten valt. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als de prestatie plaatsvindt in een ziekenhuis en in opdracht van een chirurg.
Deze situatie had zich voorgedaan in een zaak voor de Hoge Raad. Het betrof een tatoeëerder die van plastische chirurgen opdrachten kreeg om hun patiënten te tatoeëren. Daarbij ging het bijvoorbeeld om patiënten die door een chirurg werden behandeld voor in de huid aanwezige wijnvlekken, brandwonden of littekens. Ook moest de tatoeëerder soms bij een borstreconstructie een tatoeage in de vorm van een tepel(hof) aanbrengen. Het zetten van zulke tatoeages vond steeds plaats in een ziekenhuis en in nauwe samenwerking met en onder de verantwoordelijkheid van de chirurg. De Hoge Raad oordeelde dat hier de btw-vrijstelling voor medische diensten gold, zodat de tatoeëerder de chirurgen geen btw in rekening moest brengen. De prestaties vormden namelijk een wezenlijk deel van de gezondheidskundige behandelingen die de chirurgen uitvoerden in de ziekenhuizen.
Wet: artikel 11, eerste lid, onderdeel g OB 2001
Meer informatie: Hoge Raad, 19 april 2013, LJN: BY1252
Geef een reactie