Een dga verkocht zijn onroerende zaken aan zijn bv, maar de levering werd uitgesteld. Tot die tijd bleven de juridische en economische eigendom in handen van de dga. Het sluiten van de koopovereenkomst betekende volgens Hof Den Haag niet dat de terbeschikkingstelling al was beëindigd.
Het ging om een dga die tot eind december 2002 onroerende zaken die hij in privé bezat verhuurde aan zijn werk-bv. Hierop was de terbeschikkingstellingsregeling van toepassing. Eind 2002 verkocht hij de onroerende zaken tegen taxatiewaarde aan zijn werk-bv. Dit werd neergelegd in een akte, maar de juridische levering werd uitgesteld. Tot die tijd bleef zowel de juridische eigendom als de economische eigendom in handen van de dga. In de akte was namelijk bepaald dat het risico van tenietgaan en het risico van waardeverandering voor rekening van de man bleef tot het tijdstip van juridische levering. Het hof leidde uit de strekking van de overeenkomst af dat de bv het recht van gebruik kreeg voor onbepaalde tijd. De bv was een bedrag van € 495.000 verschuldigd, die zij voldeed door overname van de hypothecaire schuld, verrekening van een bedrag in rekening-courant en uitgifte van aandelen aan de dga. Het hof oordeelde dat in de jaren die volgden nog steeds de terbeschikkingstellingsregeling van toepassing.
Meer informatie: Gerechtshof Den Haag, 6 maart 2013 (gepubliceerd 8 april 2013), LJN: BZ6599
Geef een reactie