In een Kamerbrief laat staatssecretaris Weekers weten dat de alternatieven voor volledige afschaffing van de vrijstelling voor de MRB voor oldtimers (budgettair) tekort schieten. Overleg met vertegenwoordigers van de oldtimerbranche heeft niet tot een overeenstemming geleid, waardoor de voorgenomen volledige afschaffing van de vrijstelling zoals aangekondigd zal worden uitgewerkt in het Belastingplan 2014.
Met vertegenwoordigers van de oldtimeralliantie, te weten de FEHAC, FOCWA, KNAC, ANWB, RAI en BOVAG is verschillende keren constructief ambtelijk overleg gevoerd en op 10 april heeft de staatssecretaris zelf een overleg belegd. Hoewel dit overleg door alle partijen als constructief is ervaren, bleek het niet mogelijk om gezamenlijk tot een oplossing te komen. De alternatieven die zowel het dagelijks gebruik van de oldtimer beogen te ontmoedigen, als de hobbymatige gebruikers tegemoet moeten komen ten opzichte van volledige afschaffing van de vrijstelling, waren voornamelijk budgettair niet haalbaar. De keerzijde daarvan is dat het stranden van het overleg tot gevolg heeft dat de voorgenomen volledige afschaffing van de vrijstelling, zoals aangekondigd in het Regeerakkoord, zal worden uitgewerkt in het Belastingplan 2014.
Bij volledige afschaffing van de vrijstelling zou de motorrijtuigenbelasting voor de gemiddelde oldtimer van 30 jaar en ouder neerkomen op de volgende bedragen (per jaar):
-
Ruim 135 000 benzineauto’s: € 300 (€ 550 inclusief provinciale opcenten)
-
Ruim 17 000 dieselauto’s: € 1.776 (€ 2396 inclusief provinciale opcenten)
-
Ruim 32 000 LPG-auto’s: € 1.460 (€ 1900 inclusief provinciale opcenten)
In het Regeerakkoord is afschaffing van de vrijstelling in de MRB voor oldtimers opgenomen vanwege de milieu- en budgettaire effecten. Deze afschaffing levert € 153 miljoen structureel op.
Meer informatie: Afschaffing vrijstelling motorrijtuigenbelasting voor oldtimers
Geef een reactie