De Commissie Wetsvoorstellen van de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (NOB) heeft commentaar gegeven op het wetsvoorstel in verband met de invoering van een compartimenteringsreserve. Over het algemeen acht de Orde de gekozen benadering, waarin door middel van een reserve moet worden gecompartimenteerd, logisch en verdedigbaar, mits de uitwerking ervan leidt tot een sluitende systematiek.
Die systematiek laat volgens de Commissie Wetsvoorstellen echter nog wel wat te wensen over. Zo moet volgens de Orde het waarderingsvoorschrift van het voorgestelde art. 28c, lid 2, laatste volzin, Wet VPB 1969 worden aangepast. Om het systeem sluitend te krijgen, dient te worden bepaald dat het bij sfeerovergang ‘meegewaardeerd dividend’ bij uitkering ervan in mindering dient te komen op de boekwaarde van de deelneming. Ook heeft de Commissie de volgende punten in haar commentaar opgenomen:
-
De NOB meent dat de regeling een bepaling dient te bevatten op grond waarvan aan de belastingplichtige de mogelijkheid wordt geboden om bij sfeerovergang van ‘belast naar onbelast’ af te rekenen over de dan bestaande claim, om zo de toepassing van het voorgestelde art. 28c Wet VPB 1969 te vermijden.
-
De Orde heeft begrip voor de keuze om voor te schrijven dat niet alleen vervreemdingswinsten, maar ook dividenden die na een sfeerovergang worden ontvangen, moeten worden gecompartimenteerd. De Orde dringt er echter wel op aan dat voor de praktijk duidelijke en bruikbare vuistregels worden gemaakt voor de vraag op welke wijze de toerekening van dividenden aan bepaalde jaren moet plaatsvinden.
-
De Orde heeft ernstige bezwaren tegen de onbeperkte materiële terugwerkende kracht in de voorgestelde regeling. De Orde is van mening dat dit de grondvesten van onze rechtsstaat raakt en dringt er met klem op aan dat er wordt voorzien in eerbiedigende werking voor alle deelnemingsvoordelen die reeds genoten zijn tot en met 14 juni 2013.
-
De Orde constateert dat een Europeesrechtelijke paragraaf in dit wetsvoorstel ontbreekt en dat het wetsvoorstel mogelijk in strijd is met de Moeder-Dochter richtlijn. De Orde doet een voorstel om dit mogelijke conflict met het Europese recht te voorkomen. Met het overnemen van dit voorstel door de staatssecretaris zou tevens de rechtsonzekerheid worden voorkomen die zou ontstaan indien in dit wetsvoorstel helemaal niets wordt geregeld over de samenloop c.q. conflict met die Europese richtlijn.
Meer informatie: NOB-commentaar op de Wet compartimenteringsreserve
Geef een reactie