Van strijdigheid met de goede procesorde en het treden buiten de rechtsstrijd is geen sprake als de inspecteur afwijkt van bij de behandeling van het bezwaar ingenomen standpunten en de rechtbank het onderzoek heropent om de belastingplichtige alsnog de mogelijkheid te bieden het van haar verlangde bewijs te leveren.
Hof Amsterdam heeft dit geoordeeld in een zaak van een werknemer die meende dat het verzoek van de inspecteur om de kilometeradministratie te overleggen in de beroepsfase tardief was. Ook zou de gewijzigde motivering van de inspecteur ter zake van de correctie van het negatief loon met betrekking tot het privégebruik van de auto in strijd zijn met een goede procesorde. De werknemer stelde bovendien dat de rechtbank buiten de rechtsstrijd was getreden door alsnog van haar te verlangen dat zij bewijs leverde voor haar stelling dat de auto van de zaak niet voor meer dan 500 kilometer voor privédoeleinden was gebruikt. Het hof verwierp al deze stellingen. De werknemer kon namelijk niet bewijzen dat zij de auto voor niet meer dan 500 kilometer voor privédoeleinden had gebruikt. Zij had namelijk geen rittenregistratie per rit aangehouden. Zij volstond met het in haar agenda noteren welke ritten ze had gemaakt en noteerde vervolgens, achteraf, een globaal aantal kilometers. Zij had bovendien niet de gereden route aangegeven als deze afweek van de meest gebruikelijke route. Het hof oordeelde dan ook dat de inspecteur terecht de bijtelling voor het privégebruik van de auto in aanmerking had genomen en daarbij de door de werknemer betaalde eigen bijdrage in mindering had gebracht op de bijtelling.
Wet: artikel 13 bis Wet loonbelasting 1964
Meer informatie: Gerechtshof Amsterdam, 31 oktober 2013, (gepubliceerd 4 december 2013), ECLI:NL:GHAMS:2013:4150
Geef een reactie