Als een dga zijn loon over jaar 1 in jaar 2 alsnog verhoogt, moet hij kunnen bewijzen dat het besluit daarvoor al in jaar 1 is genomen. Anders ligt het genietingsmoment van het loon in jaar 2.
Een dga kan in beginsel zelf de hoogte van zijn loon bepalen, zo ook de dga in de zaak bij Hof Arnhem. In december 2006 gaf de bv van de dga een loon aan van € 3339. In maart 2007 diende de bv echter een correctiebericht in waarop een loon was vermeld van meer dan tien maal zo veel. De inspecteur legde een naheffingsaanslag op over 2007, maar de bv stelde zich op het standpunt dat het loon was genoten in 2006. Volgens de bv had de algemene vergadering van aandeelhouders (in dit geval de dga) al in 2006 besloten het loon te verhogen, waardoor het loon al in 2006 vorderbaar en inbaar was geworden. De bv kon dit echter bij Rechtbank Arnhem niet aannemelijk maken met vergaderstukken waaruit dit bleek. De rechter oordeelde ook dat het loon niet al in 2006 rentedragend was geworden, zoals de bv stelde. De boeking had in 2007 plaatsgevonden en het was niet aannemelijk dat het geboekte loon al in 2006 was overeengekomen. Dat naderhand een boekdatum in 2006 was gebruikt, maakte niet dat het loon ook al in 2006 rentedragend was geworden. De rechter verklaarde het hoger beroep ongegrond en liet de naheffingsaanslag in stand.
Meer informatie: Gerechtshof Arnhem, 8 januari 2013 (gepubliceerd 18 januari 2013), LJN: BY8826
Geef een reactie