Staatssecretaris Weekers heeft een nieuw besluit over de bedrijfsopvolgingsregeling (bor) voor de schenk- en erfbelasting bekendgemaakt. Dit besluit dat het beleid omtrent de bor moet verduidelijken, actualiseert het besluit van 4 april 2011, nr. BLKB2011/68M.
Taxence zet de belangrijkste wijzigingen uit dit besluit voor u op een rijtje:
-
Onder voorwaarden wordt in het besluit goedgekeurd dat de bor ook geldt voor de verrekeningsvordering door finale verrekening van de waarde van het ondernemingsvermogen van de langstlevende echtgenoot.
-
In het besluit is geregeld dat de bor niet van toepassing is op preferente aandelen die zijn ontstaan door omzetting van een vordering. Als enige uitzondering geldt de vordering die voor 1 januari 2010 is ontstaan door verkoop van aandelen en die op dezelfde dag is omgezet in preferente aandelen.
-
Er is een nieuwe goedkeuring opgenomen voor de bezitseis bij overlijden. Voor de erfbelasting geldt de bezitseis niet voor uiterlijk op 31 december 2010 geherstructureerde aandelenposities die voldeden aan de voorwaarden die voor de bor golden in 2009.
-
Ook is er een nieuwe passage in het besluit opgenomen voor de door de langstlevende echtgenoot van zijn overleden echtgenoot verkregen aandelen die behoorden tot de huwelijkse gemeenschap. De langstlevende kan de gerechtigdheid die hij al had zonder bor-gevolgen vervreemden.
-
Ten slotte zijn er drie onderdelen toegevoegd met een goedkeuring voor het voortzettingsvereiste. Het gaat ten eerste om het doorzakken van de onderneming binnen fiscale eenheid. Ten tweede de situatie waarin twee bedrijfsopvolgers hun verkregen IB-onderneming inbrengen in een persoonlijke houdster, waarna vervolgens de onderneming wordt ingebracht in een gezamenlijke dochtermaatschappij en ten slotte om meerdere verkrijgers die hun verkrijging met een aandelenfusie inbrengen in een gezamenlijke vennootschap.
Meer informatie: Ministerie van Financien 17 januari 2013 BLKB2012/1221M
Geef een reactie