Uitgaven die worden gemaakt om het netwerk van (potentiële) klanten te onderhouden, vormen bedrijfskosten. Het Besluit uitsluiting aftrek omzetbelasting (BUA) kan echter in de weg staan van de aftrek van de btw die drukt op deze kosten, zoals blijkt uit de volgende zaak.
Een fiscale eenheid voor de omzetbelasting huurde zitplaatsen in een business room van een voetbalstadion. Gebruikers daarvan konden een wedstrijd bijwonen van de voetbalclub, kregen gratis consumpties en konden gebruik maken van de business club. De zitplaatsen werden ter beschikking gesteld aan relaties en aan de dga van een van de bv’s en aan diens broer. Ook deze broer was in loondienst bij een van de deelnemende bv’s. De vraag was of de door de fiscale eenheid betaalde btw voor de huur van de zitplaatsen aftrekbaar was. De rechter was het met de inspecteur eens dat met betrekking tot het ter beschikking stellen van zitplaatsen aan (potentiële) relaties sprake was van het geven van relatiegeschenken en voor het personeel van het gelegenheid geven tot ontspanning. De kosten van de zitplaatsen werden weliswaar gemaakt op zakelijke gronden, namelijk om het netwerk van (potentiële) klanten te onderhouden. Maar volgens de rechter betekende dat op zichzelf niet dat het BUA niet van toepassing was op de aftrek van de btw die drukte op deze kosten. De toepassing van het BUA betreft immers kosten die op zakelijke gronden zijn gemaakt en waarvan de aftrek van omzetbelasting niet op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wet OB 1968 is uitgesloten. De inspecteur had de voorbelasting die zag op de huur van de zitplaatsen dan ook terecht gecorrigeerd.
Wet: artikel 1, eerste lid. onderdeel b en c Besluit uitsluiting aftrek omzetbelasting 1968 en artikel 15, eerste lid, Wet op de Omzetbelasting 1968
Meer informatie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, februari 2015 (gepubliceerd op 13 maart 2015), ECLI:NL:RBZWB:2015:880
Geef een reactie