In het nieuwe kaderbesluit bpm is beleid opgenomen om de waardevermindering tussen het tijdstip van aangifte/melding en het belastbaar feit eenvoudiger vast te stellen.
Het moment van aangifte (bij inschrijving van een motorrijtuig in het register) en het moment van tenaamstelling, kunnen in twee verschillende maanden gelegen zijn. Hierdoor wordt in sommige situaties een te hoog bedrag aan bpm vastgesteld. De belastingplichtige heeft dan mogelijk recht op een extra vermindering. Hiertoe moest hij in het verleden bij bezwaar tegen de eigen aangifte danwel de maandaangifte een nieuw taxatierapport of koerslijst indienen. Als tegemoetkoming in de bewijslast kan de extra afschrijving nu aan de hand van de forfaitaire tabel (art. 8, lid 5, van de regeling) worden berekend. De extra afschrijving wordt dan bepaald door het herrekende bruto-bpm bedrag te vermenigvuldigen met het procentuele verschil van de tabel op het moment van aangifte/melding en tenaamstelling. Deze werkwijze kan worden toegepast op aangiften die op of na 10 november 2014 zijn ingediend, mits de staat van het motorrijtuig niet is gewijzigd.
Meer informatie: Wijzigingsbesluit BLKB 2015-642M, kaderbesluit bpm
Geef een reactie