Op 6 oktober publiceerde het Europese Hof van Justitie haar uitspraak in de Linz-zaak. Dennis Weber, hoogleraar Europese ondernemingswinstbelastingen aan de Universiteit van Amsterdam en directeur van het Amsterdam Centre for Tax Law (ACTL) geeft voor Taxence een korte reactie op deze uitspraak en de gevolgen voor de Nederlandse fiscale eenheid.
Zie ook: Oostenrijkse belastingregeling voor groepen discrimineert
'Uit het Linz-arrest blijkt weer dat op grond van de EU Verdragsvrijheden ook in grensoverschrijdende situaties een beroep kan worden gedaan op de voordelige elementen van een binnenlandse fiscale eenheid. Hoewel het HvJ in Linz niet een uitdrukkelijke per element benadering toepast zoals in Groupe Steria komt het resultaat op hetzelfde neer: voor elk voordelig element van de binnenlandse fiscale eenheid moet worden beoordeeld af deze in grensoverschrijdende situaties ook moet worden toegekend, zelf als niet is geopteerd voor de gehele fiscale eenheid.'
Grote invloed op Nederlandse fiscale eenheid
'Het HvJ is ook zeer streng (te streng naar mijn mening) als het gaat om het accepteren van rechtvaardigingsgronden om het voordeel te weigeren. Dit betekent dat het Linz en Groupe Steria-arrest grote invloed gaan hebben op de Nederlandse fiscale eenheid. Belastingplichtigen doen inmiddels in diverse zaken een beroep op voordelen van de fiscale eenheid in grensoverschrijdende situaties. Er liggen bijvoorbeeld al twee zaken voor de Hoge Raad (een over de deelnemingsvrijstelling en een over art. 10a Vpb) waarin dit wordt gedaan. Ook ligt de eerste Nederlandse Marks & Spencer zaak voor de Nederlandse rechter. Ik verwacht nog een stroom van andere claims. Hoe dan ook een interessante ontwikkeling.'
Groupe Steria/SCA Group Holdings: Fiscale eenheid regime onder EU druk
Het Amsterdam Centre for Tax Law organiseert op dinsdagmiddag 13 oktober 2015 vanaf 16:00 een seminar over dit onderwerp waarin alle gevolgen op een rij worden gezet.
Voor meer informatie en aanmelden zie: actl.uva.nl.
Geef een reactie