In een recente zaak voor Hof Den Haag stelde de inspecteur dat reis- en verblijfkosten voor cursussen niet aftrekbaar zijn als de belastingplichtige nieuwe bevoegdheden verwerft door het volgen van deze cursussen. Het hof heeft dit standpunt afgewezen.
Het hof oordeelde dat een studie die niet alleen bestaande vakkennis op peil houdt, maar de cursist ook nieuwe bevoegdheden geeft, zakelijk kan zijn. In deze zaak hield een geregistreerde octrooigemachtigde zich bezig met procesvoering op het gebied van intellectuele eigendomszaken. Hij behaalde daarmee resultaat uit overige werkzaamheden. De man had een cursus over octrooiprocesvoering gevolgd aan de universiteit van Straatsburg. Met het volgen van een cursus verkreeg hij niet alleen PE-punten, maar zou hij naar verwachting in de toekomst geen advocaat meer nodig hebben om zijn cliënten te kunnen vertegenwoordigen. Hij wist wel de zakelijkheid van de cursus aannemelijk te maken, maar niet de noodzakelijkheid. Daarom was de aftrek van de reis- en verblijfkosten met betrekking tot deze cursus beperkt tot € 1.500.
Wet: artikelen 3.16, tweede lid, onderdeel f en achtste lid, 3.95, eerste lid, 6.27 en 6.28 Wet IB 2001
Meer informatie: Hof Den Haag, 7 oktober 2015 (gepubliceerd 28 oktober 2015), ECLI:NL:GHDHA:2015:2988
Geef een reactie