De fiscus mag na het opleggen van een aanslag geen informatiebeschikking afgeven ter vervanging van een eerdere informatiebeschikking die van rechtswege is vervallen. Dit blijkt uit een onlangs gepubliceerde uitspraak van Rechtbank Den Haag.
In deze zaak had de inspecteur aan een man een informatiebeschikking afgegeven in verband met een Luxemburgse bankrekening waarvan de man de houder zou zijn. Nog voordat de informatiebeschikking onherroepelijk was geworden, legde de Belastingdienst de man een aanslag inkomstenbelasting op. Hierdoor kwam de informatiebeschikking van rechtswege te vervallen. Tijdens de bezwaarfase gaf de inspecteur echter een tweede informatiebeschikking af, die inhoudelijk identiek was aan de eerste informatiebeschikking. Dit was niet de bedoeling, zo oordeelde de rechtbank. Zou de fiscus wel een tweede informatiebeschikking mogen afgeven, dan zou het van rechtswege vervallen van de eerste beschikking een loze bepaling zijn. De rechtbank verbond geen rechtsgevolgen aan de tweede informatiebeschikking. Daarom leidde het niet afgeven van de gevraagde informatie door de man niet tot een omkering van de bewijslast. De rechtbank verklaarde het beroep van de man gegrond.
Wet: artikel 52a, derde lid AWR
Meer informatie: Rechtbank Den Haag, 13 november 2014 (gepubliceerd 17 februari 2015), ECLI:NL:RBDHA:2014:15636
Geef een reactie