Onlangs heeft een belastingrechter opnieuw geoordeeld dat de pseudo-eindheffing hoge lonen, ook bekend onder de naam crisisheffing, is toegestaan. Opvallend daarbij is dat eerder een andere kamer van dezelfde rechtbank een beperking had opgelegd aan de terugwerkende kracht van deze heffing.
Rechtbank Noord-Holland heeft op 4 december geoordeeld dat de crisisheffing op zich is toegestaan. Net zoals veel belastingrechters kende deze rechtbank de wetgever een ruime bevoegdheid toe bij het invoeren van fiscale maatregelen. Maar de rechtbank vond wel dat geen crisisheffing is toegestaan over incidenteel loon vóór 26 april 2012. Zie: ‘Geen crisisheffing over incidenteel voordeel vóór 26 april 2012’. Een andere kamer van dezelfde rechtbank oordeelde dat een belastingheffing niet automatisch onrechtmatig wordt als de belastingplichtige deze heffing niet kon voorzien. Deze kamer stelt dat pas sprake is van een ongerechtvaardigde inbreuk op het voorzienbaarheidsbeginsel als bij de belastingheffing geen ‘fair balance’ meer bestaat tussen de betrokken belangen. De rechtbank heeft nu geconcludeerd dat gezien de ernstige budgettaire problemen en sombere economische situatie de wetgever de crisisheffing met terugwerkende kracht kan invoeren. Deze keuze is niet van iedere redelijke grond ontbloot en staat de ‘fair balance’ niet in de weg, aldus de rechtbank.
Wet: 32bd Wet LB 1964 (op 1 januari 2013)
Meer informatie: Rechtbank Noord-Holland, 10 juli 2015 (gepubliceerd 29 juli 2015), ECLI:NL:RBNHO:2015:5614
Geef een reactie