De kosten die iemand maakt in het kader van werkzaamheden waarvoor hij geen (financiële) beloning ontvangt, vallen niet onder de bron resultaat uit overige werkzaamheden of winst uit onderneming. Deze kosten zijn dan ook niet aftrekbaar, zo oordeelde Hof Arnhem-Leeuwarden.
Een man werd in 2005 aangesteld als penningmeester van een kerkenraad. Al snel ontstond ruzie tussen de man en de kerkenraad, waarna hij uit zijn functie werd ontheven, zonder de werkzaamheden feitelijk te hebben uitgevoerd. In het kader van de kerkelijke procedure had de man € 3.426 aan advocaatkosten gemaakt, die hij in zijn IB-aangifte wilde aftrekken. De man stelde namelijk dat de kosten vielen onder de bron resultaat uit overige werkzaamheden of winst uit onderneming. Het hof oordeelde echter anders, aangezien de man niet aannemelijk kon maken dat hij redelijkerwijs uitzicht had op een financiële beloning voor zijn werkzaamheden. De kerkenraad had hiertoe nooit een toezegging gedaan en bovendien kreeg de vorige penningmeester ook geen financiële beloning. Er was derhalve sprake van vrijwilligerswerk en de gemaakte kosten waren volgens het hof niet aftrekbaar.
Wet: artikel 3.2 Wet IB, artikel 3.90 Wet IB
Meer informatie: Hof Arnhem-Leeuwarden, 24 juni 2015 (gepubliceerd op 29 juni 2015), ECLI:NL:GHARL:2015:4612
Geef een reactie