Is ter zake van een geldverstrekking geen overeenkomst opgesteld, rente overeengekomen of zekerheid gesteld? De bedoeling van partijen kan dan toch leiden tot kwalificatie als lening.
Dit kwam aan de orde in een zaak voor het hof waarin een vader en een belastinginspecteur discussieerden over de vraag of ter zake van aan de zoon verstrekte rekening-courant gelden, sprake was van een lening of een schenking. In lijn met de eerdere uitspraak van de rechtbank, oordeelde Hof ’s-Hertogenbosch dat het aannemelijk was dat de zoon verplicht was de bedragen terug te betalen en dat daarom sprake was van een lening. De bedragen zouden dienen als startkapitaal om te komen tot een winstgevende onderneming. Daarbij waren de bedragen op de balans vermeld als kortlopende schuld en was bij de verstrekking niets vermeld van een (aangifte van) schenking. Omdat ten aanzien van de lening sprake was van een onzakelijke lening, mocht het verlies op de geldlening niet op het resultaat in mindering worden gebracht.
Wet: artikel 3.91, lid 3 Wet IB2001
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 9 juli 2015 (gepubliceerd 31 juli 2015), ECLI:NL:GHSHE:2015:2576
Wilt u als adviseur aan de slag met de verschillende aspecten van schenken en lenen in familieverband? De Toolkit Familiebankieren biedt u alle praktijkondersteuning die u nodig heeft.
Geef een reactie