In een aantal zaken is Rechtbank Gelderland aan de hand van eerdere arresten van de Hoge Raad ingegaan op diverse aspecten van de BPM-heffing over gebruikte auto’s. Omdat deze zaken betrekking hadden op 2009 en begin 2010, was de toekenning van een buitenlands kenteken al voldoende om de auto’s als gebruikt te kwalificeren.
Bij de berekening van BPM over een gebruikte auto moet men een vermindering toepassen. Of een auto is gebruikt, hangt af van de staat van de auto op het tijdstip van registratie in het kentekenregister. Dit geldt ook als een nieuwe auto in het buitenland is afgeleverd aan een Nederlandse rechtspersoon en deze rechtspersoon degene is die de auto voor het eerst in gebruik neemt. Ziet de BPM-heffing op een registratie in Nederland vóór 16 juni 2010? Dan is al sprake van een gebruikte auto als voor deze auto een buitenlands kenteken is toegekend.
Berekening van de vermindering
In beginsel is de BPM-vermindering voor gebruikte auto’s gelijk aan de afschrijving in procenten van de som van de catalogusprijs en de belasting op het moment van eerste ingebruikname. In plaats van deze methode is het gebruik van de afschrijvingstabel van het uitvoeringsbesluit BPM 1992 toegestaan. Bij de berekening van de afschrijving over gebruikte auto’s moet men uitgaan van de inkoopwaarde van de auto, niet van de verkoopwaarde, zo oordeelt de rechtbank.
Wet: art. 10, tweede en zesde lid Wet BPM 1992
Uitvoeringsregeling: art. 8, vijfde lid URBPM 1992
Bronnen: Rechtbank Gelderland 5 augustus 2019 (gepubliceerd 7 augustus 2019), ECLI:NL:RBGEL:2019:3416, Rechtbank Gelderland 5 augustus 2019 (gepubliceerd 7 augustus 2019), ECLI:NL:RBGEL:2019:3419, Rechtbank Gelderland 5 augustus 2019 (gepubliceerd 7 augustus 2019), ECLI:NL:RBGEL:2019:3494, Rechtbank Gelderland 5 augustus 2019 (gepubliceerd 7 augustus 2019), ECLI:NL:RBGEL:2019:3496 en Rechtbank Gelderland 5 augustus 2019 (gepubliceerd 7 augustus 2019), ECLI:NL:RBGEL:2019:3499
Geef een reactie