Prinsjesdag 2019 nadert. Op die dag zullen naar verwachting onder andere diverse nieuwe maatregelen op het gebied van de vennootschaps- en dividendbelasting worden gepresenteerd. Een beknopt overzicht van deze verwachte wijzigingen.
Vermoedelijk zal het pakket belastingmaatregelen de volgende wijzigingen voor de vennootschapsbelasting en de dividendbelasting bevatten:
- de invoering van de rekening-courantmaatregel;
- de invoering van een conditionele bronbelasting op rente en royalty’s;
- een gewijzigde rol van substance-eisen voor vrijstelling dividendbelasting;
- een regeling voor het beperken van belastingrente over vennootschapsbelasting; en
- een beperking van de liquidatieverliesregeling.
Deze wijzigingen komen hieronder aan de orde.
De invoering van de rekening-courantmaatregel
Onder de huidige wetgeving mag de inspecteur een winstuitdeling bij een dga met een hoge schuld aan zijn B.V. in aanmerking nemen als hij eerst aannemelijk maakt dat de dga de schuld nooit zal aflossen. Als de voorgestelde maatregel wordt aangenomen, zijn dga’s vanaf 1 januari 2022 in principe de klos zodra en voor zover hun schuld aan hun B.V. meer bedraagt dan € 500.000. De Belastingdienst zal dan dit meerdere aanmerken als een fictief regulier voordeel uit aanmerkelijk belang. Overigens zal deze maatregel niet gelden voor eigenwoningschulden aan de B.V.
Conditionele bronbelasting op rente en royalty’s
De staatssecretaris van Financiën wil op Prinsjesdag 2019 een wetsvoorstel presenteren met daarin de introductie van een bronbelasting op rente- en royaltybetalingen. Deze bronbetaling moet vanaf 2021 van toepassing worden op betalingen naar laagbelaste staten en in misbruiksituaties.
Gewijzigde rol van substance-eisen
Op grond van recente Europese rechtspraak wil de staatsecretaris de vennootschaps- en dividendbelasting zo aanpassen dat de rol van de huidige substance-eisen per 1 januari 2020 wijzigen. Ook al voldoet de belastingplichtige aan de substance-eisen, dan moet de Belastingdienst toch de gelegenheid krijgen om aannemelijk te maken dat sprake is van een misbruiksituatie. Slaagt de inspecteur daarin, dan mag hij de vrijstelling van dividendbelasting weigeren. Overigens verwacht de staatssecretaris niet dat de fiscus door deze wijziging veel vaker met succes het standpunt kan innemen dat sprake is van misbruik.
Beperking van belastingrente over vpb
Ook al doet een B.V. tijdig en correct aangifte vennootschapsbelasting, dan nog kan zij onder omstandigheden een aanslag krijgen waarbij ook belastingrente in rekening wordt gebracht. De staatssecretaris van Financiën vindt dit ongewenst. Momenteel loopt een onderzoek naar de mogelijkheid van een maatregel om de ongewenste belastingrente over vennootschapsbelasting in de desbetreffende gevallen te doen vervallen. Misschien dat dit onderzoek leidt tot een extra maatregel in het Belastingplan 2020.
Beperking van de liquidatieverliesregeling
Binnen de huidige liquidatieverliesregeling kan een moedervennootschap het verlies op een deelneming in een dochtervennootschap aftrekken als zij deze dochter ontbindt en de onderneming van de dochter niet (zelf of via een verbonden partij) voortzet. Een paar Tweede Kamerleden zien in de huidige regeling een mogelijkheid tot uitholling van de Nederlandse belastinggrondslag. Daarom hebben zij een initiatiefwetsvoorstel ter consultatie aangeboden. Hierin stellen de Kamerleden voor:
- de aftrek van liquidatieverliezen te beperken tot liquidaties van dochtervennootschappen waarin de moedervennootschap een kwalificerend belang houdt;
- de aftrek van liquidatieverliezen te beperken tot liquidaties van dochtervennootschappen die zijn gevestigd in de EU/EER; en
- de mogelijkheid tot langdurig uitstel van het aftrekmoment van een liquidatieverlies te beperken.
Het kabinet heeft laten weten niet van plan te zijn om de regeling aan te passen. Als echter toch een Kamermeerderheid achter de uitvoering van het initiatiefwetsvoorstel komt te staan, kan deze regeling alsnog gaan behoren bij de belastingmaatregelen die op Prinsjesdag 2019 worden gepresenteerd.
Wet: art. 13d Wet Vpb 1969, art. 4, eerste, tweede, vierde en zevende lid Wet DB 1965 en art. 30f AWR
Bronnen: Ministerie van Financiën, 5 juli 2018, 2018-0000115754, Ministerie van Financiën, 6 november 2018, 2018-0000185778, Ministerie van Financiën, 4 maart 2019, keten ID: 9741, Ministerie van Financiën 14 juni 2019, 2019-0000095322 en Wetsvoorstel aanpassing liquidatie- en stakingsverliesregeling, 16 april 2019
Zie ook Prinsjesdag 2019: verwachte wijzigingen in de loonheffingen
Zie ook Prinsjesdag 2019: verwachte fiscale wijzigingen voor de auto
Geef een reactie